NJ 1957/482
Verplichtingen van huurder tijdens den duur der huurovereenkomst en „ernstige overlast", bedoeld in art. 18, lid 2 onder a Huurwet.
HR 28-06-1957, ECLI:NL:HR:1957:84, m.nt. Mr. L. E. H. Rutten
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
28 juni 1957
- Magistraten
Mrs. Donner, Smits, Boltjes, Hülsmann en Dubbink
- Zaaknummer
[28061957/NJ_1957-482]
- Conclusie
Mr. Langemeijer
- Noot
Mr. L. E. H. Rutten
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS136904:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1957:84, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑06‑1957
- Wetingang
Essentie
Verplichtingen van huurder tijdens den duur der huurovereenkomst en „ernstige overlast", bedoeld in art. 18, lid 2 onder a Huurwet.
Samenvatting
Ten onrechte heeft de Rb. aangenomen, dat de Huurwet het niet aandoen van ernstigen overlast aan den verhuurder heeft gemaakt tot een van de verplichtingen van den huurder, bij niet-nakoming waarvan ontbinding der huurovereenkomst kan worden gevorderd. Het bepaalde in art. 18, lid 2, aanhef en onder a van de Huurwet heeft niet de strekking uitbreiding te geven aan de verplichtingen, welke krachtens het B. W. tijdens den duur der huurovereenkomst op den huurder rusten.
De ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.