Einde inhoudsopgave
Arbeidstijdenbesluit vervoer
Artikel 2.7:4
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2018
- Bronpublicatie:
26-04-2018, Stb. 2018, 135 (uitgifte: 17-05-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-04-2018, Stb. 2018, 135 (uitgifte: 17-05-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
1.
De werkgever kan een jeugdige werknemer als bijrijder arbeid doen verrichten indien wordt voldaan aan de eisen, genoemd in artikel 5, tweede lid, van verordening (EG) nr. 561/2006.
2.
Een jeugdige werknemer voldoet aan artikel 5, tweede lid, onderdeel b, van verordening (EG) nr. 561/2006 indien hij een opleiding volgt als bedoeld in artikel 156q, derde lid, van het Reglement rijbewijzen.
3.
De werkgever ziet toe op het bezit van de in artikel 156q, derde lid, van het Reglement rijbewijzen bedoelde verklaring en het in dat lid bedoelde bewijs van inschrijving.