Einde inhoudsopgave
Wet op het financieel toezicht
Artikel 4:31 [Uitgifte en omwisseling elektronisch geld]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2012. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 30-04-2011
- Bronpublicatie:
22-12-2011, Stb. 2011, 670 (uitgifte: 29-12-2011, kamerstukken: 32826)
- Inwerkingtreding
01-01-2012, terugwerkend tot: 30-04-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-2011, Stb. 2011, 671 (uitgifte: 29-12-2011, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Een elektronischgeldinstelling geeft elektronisch geld uitsluitend uit tegen de nominale waarde en in ruil voor ontvangen geld.
2.
Een elektronischgeldinstelling kent aan een houder van elektronisch geld geen voordelen toe die samenhangen met de lengte van de periode dat die houder het elektronisch geld aanhoudt.
3.
Een elektronischgeldinstelling wisselt geldmiddelen die door haar worden ontvangen met de intentie deze om te wisselen voor elektronisch geld, direct om in elektronisch geld.
4.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de omwisseling bedoeld in het derde lid.