HR, 13-10-2017, nr. 17/00061
ECLI:NL:HR:2017:2608
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
13-10-2017
- Zaaknummer
17/00061
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:HR:2017:2608, Uitspraak, Hoge Raad, 13‑10‑2017; (Artikel 81 RO-zaken, Cassatie)
In cassatie op: ECLI:NL:GHDHA:2016:3835
- Vindplaatsen
Uitspraak 13‑10‑2017
Inhoudsindicatie
HR: art. 81.1 RO.
Partij(en)
13 oktober 2017
nr. 17/00061
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 23 november 2016, nrs. BK‑16/00267 tot en met BK-16/00270, op het hoger beroep van de Inspecteur tegen een uitspraak van de Rechtbank Den Haag (nrs. SGR 15/7256, SGR 15/7257, SGR 15/7258 en SGR 15/7260) betreffende de aan [X] B.V. te [Z] (hierna: belanghebbende) over de jaren 2009 tot en met 2013 opgelegde naheffingsaanslagen loonheffingen.
1. Geding in cassatie
De Staatssecretaris van Financiën heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een middel voorgesteld.
Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend.
2. Beoordeling van het middel
Het middel kan niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3. Proceskosten
De Staatssecretaris zal worden veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verklaart het beroep in cassatie ongegrond, en
veroordeelt de Staatssecretaris van Financiën in de kosten van het geding in cassatie aan de zijde van belanghebbende, vastgesteld op € 990 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer M.A. Fierstra als voorzitter, en de raadsheren J. Wortel en A.F.M.Q. Beukers‑van Dooren, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 13 oktober 2017.
Van de Staatssecretaris van Financiën wordt een griffierecht geheven van € 501.