AB 2020/257
Geen Unierechtelijke verplichting om gezag van gewijsde van rechterlijke beslissing buiten toepassing te laten. Wel mogelijkheid van lidstaataansprakelijkheid.
HvJ EU 04-03-2020, ECLI:EU:C:2020:148, m.nt. R.J.G.M. Widdershoven (Telecom Italia)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
4 maart 2020
- Magistraten
J.-C. Bonichot, R. Silva de Lapuerta, M. Safjan, C. Toader, N. Jääskinen
- Zaaknummer
C-34/19
- Noot
R.J.G.M. Widdershoven
- Roepnaam
Telecom Italia
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS204964:1
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Telecommunicatie
EU-recht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2020:148, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 04‑03‑2020
- Wetingang
Art. 6, 11, 22 Richtlijn 97/13/EG, betreffende een gemeenschappelijk kader voor algemene machtigingen en individuele vergunningen op het gebied van telecommunicatiediensten
Essentie
Geen Unierechtelijke verplichting om gezag van gewijsde van rechterlijke beslissing buiten toepassing te laten. Wel mogelijkheid van lidstaataansprakelijkheid.
Samenvatting
Art. 22, lid 3, van richtlijn 97/13/EG, betreffende een gemeenschappelijk kader voor algemene machtigingen en individuele vergunningen op het gebied van telecommunicatiediensten moet aldus worden uitgelegd dat het zich verzet tegen een nationale regeling die een verlenging voor het jaar 1998 behelst van de verplichting voor een telecommunicatieonderneming die houder is van een op de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn bestaande machtiging, om een heffing te betalen die wordt berekend op basis van de omzet en niet uitsluitend ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.