Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) Nr. 1169/2011 verstrekking voedselinformatie aan consumenten, wijziging Verordeningen (EG) nr. 1924/2006 en (EG) nr. 1925/2006 en intrekking Richtlijnen 87/250/EEG, 90/496/EEG, 1999/10/EG, 2000/13/EG, 2002/67/EG en 2008/5/EG en Verordening (EG) nr. 608/2004
Bijlage X Datum van minimale houdbaarheid, uiterste consumptiedatum en datum van invriezing
Geldend
Geldend vanaf 12-12-2011
- Redactionele toelichting
Deze bijlage is gecorrigeerd via een rectificatie (13-09-2012, PbEU L 247).
- Bronpublicatie:
25-10-2011, PbEU 2011, L 304 (uitgifte: 22-11-2011, regelingnummer: 1169/2011)
- Inwerkingtreding
12-12-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-10-2011, PbEU 2011, L 304 (uitgifte: 22-11-2011, regelingnummer: 1169/2011)
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
Informatierecht / Bijzondere onderwerpen
Informatierecht / Reclame
1
De datum van minimale houdbaarheid wordt als volgt aangegeven:
- a)
De datum wordt voorafgegaan door de woorden:
- —
‘Ten minste houdbaar tot …’ wanneer in de datumaanduiding de dag is vermeld;
- —
‘Ten minste houdbaar tot einde …’ in de andere gevallen.
- b)
De in punt a) bedoelde vermeldingen gaan vergezeld van:
- —
hetzij de datum zelf, of
- —
hetzij een verwijzing naar de plaats op de etikettering waar de datum is aangegeven.
Zo nodig wordt hierna vermeld welke bewaarvoorschriften moeten worden nageleefd om de aangegeven houdbaarheid te waarborgen.
- c)
De datum wordt ongecodeerd aangegeven door vermelding van achtereenvolgens de dag, de maand en eventueel het jaar.
Wanneer het evenwel gaat om levensmiddelen:
- —
met een houdbaarheid van minder dan drie maanden, kan worden volstaan met de vermelding van de dag en de maand,
- —
met een houdbaarheid van ten minste drie en ten hoogste achttien maanden, kan worden volstaan met de vermelding van de maand en het jaar,
- —
met een houdbaarheid van meer dan achttien maanden, kan worden volstaan met de vermelding van het jaar.
- d)
Behoudens de bepalingen van de Unie waarbij andere datumaanduidingen worden voorgeschreven, is de vermelding van de datum van minimale houdbaarheid niet vereist voor:
- —
verse groenten en vers fruit, inclusief aardappelen, die niet zijn geschild of gesneden of soortgelijke bewerkingen hebben ondergaan; deze afwijking geldt niet voor gekiemde zaden en soortgelijke producten, zoals scheuten van peulvruchten,
- —
wijn, likeurwijn, mousserende wijn, gearomatiseerde wijn en soortgelijke uit andere vruchten dan druiven verkregen producten, alsmede uit druiven of druivenmost vervaardigde dranken van de GN-code 2206 00,
- —
dranken met een alcoholgehalte van 10 of meer volumeprocent,
- —
broodbakkerij- of banketbakkerijproducten die naar hun aard bestemd zijn om binnen 24 uur na de bereiding te worden geconsumeerd,
- —
azijn,
- —
keukenzout,
- —
suikers in vaste vorm,
- —
suikergoedproducten bijna uitsluitend bestaande uit gearomatiseerde en/of gekleurde suikers,
- —
kauwgom en soortgelijke producten om te kauwen.
2
De uiterste consumptiedatum wordt als volgt aangegeven:
- a)
De datum wordt voorafgegaan door de woorden ‘te gebruiken tot …’;
- b)
De vermelding in punt a) gaat vergezeld van:
- —
hetzij de datum zelf, of
- —
hetzij een verwijzing naar de plaats op de etikettering waar de datum is aangegeven.
Die vermeldingen worden gevolgd door een beschrijving van de bewaarvoorschriften.
- c)
De datum wordt ongecodeerd aangegeven door vermelding van achtereenvolgens de dag, de maand en eventueel het jaar;
- d)
De uiterste gebruiksdatum wordt op elke afzonderlijke voorverpakte portie vermeld.
3
De in punt 6 van bijlage III bedoelde datum van invriezing of datum van eerste invriezing wordt als volgt aangegeven:
- a)
De datum wordt voorafgegaan door de woorden ‘ingevroren op …’;
- b)
De vermelding in punt a) gaat vergezeld van:
- —
de datum zelf, of
- —
een verwijzing naar de plaats op de etikettering waar de datum is aangegeven;
- c)
De datum wordt ongecodeerd aangegeven door vermelding van achtereenvolgens de dag, de maand en het jaar.