NJ 1955/387
Verwijzing door H. B. Gevolgen daarvan.
HR 21-05-1954, ECLI:NL:HR:1954:71, m.nt. Prof. Mr. J.H. Beekhuis
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
21 mei 1954
- Magistraten
Mrs. Donner, v. d. Meulen, Hijink, Losecaat Vermeer, Boltjes
- Zaaknummer
[21051954/NJ_1955-387]
- Conclusie
Mr. Eggens
- Noot
Prof. Mr. J.H. Beekhuis
- JCDI
JCDI:ADS135776:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1954:71, Uitspraak, Hoge Raad, 21‑05‑1954
- Wetingang
(Rv. art. 424.) 1
Essentie
Verwijzing door H. B. Gevolgen daarvan.
Samenvatting
De rechter, naar wien een zaak door den H. R. is teruggewezen, mag opnieuw, immers niet reeds bij de vroegere behandeling te zijner kennis gebrachte, feitelijke beweringen van pp. geen acht slaan.
Op grond hiervan zekere na de terugwijzing geuite feitelijke beweringen buiten beschouwing latende, behoefde het Hof den inhoud en strekking daarvan niet op te geven.
Heeft Hof zich te dezen gehouden aan de opdracht van den H. R.?
Partij(en)
1. De rechtspersoon naar Amerikaans recht Hyster Company, te Portland (Oregon) in de Ver. Staten van Amerika, en 2. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.