BNB 2012/37
Uitgangspunten voor de fiscale behandeling van onzakelijke leningen tussen gelieerde vennootschappen
HR 25-11-2011, BN3442 (Beroepschrift), m.nt. P.G.H. Albert (onzakelijkeleningarresten)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
25 november 2011
- Magistraten
Mrs. Bavinck, Lourens, Leemreis, Overgaauw, Van Loon
- Zaaknummer
08/05323
- Conclusie
A-G Wattel
- Noot
P.G.H. Albert
- LJN
BN3442
- Roepnaam
onzakelijkeleningarresten
- JCDI
JCDI:ADS172828:1
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting (V)
Belastingrecht algemeen (V)
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Vennootschapsbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2011:BN3442, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 25‑11‑2011
ECLI:NL:HR:2011:BN3442, Uitspraak, Hoge Raad, 25‑11‑2011
Beroepschrift, Hoge Raad, 25‑11‑2011
- Wetingang
Essentie
Uitgangspunten voor de fiscale behandeling van onzakelijke leningen tussen gelieerde vennootschappen
Samenvatting
Voor de beantwoording van de vraag of een geldverstrekking door een moedervennootschap aan haar dochtervennootschap wat betreft de fiscale gevolgen als een geldlening dan wel als een kapitaalverstrekking heeft te gelden, is in beginsel de civielrechtelijke vorm beslissend. De drie uitzonderingen die daarop in HR, BNB 2002/231* werden geformuleerd, zijn limitatief.
Indien bij een geldlening tussen gelieerde partijen de rente niet in overeenstemming met het ‘at arm's length’-beginsel is vastgesteld, zal voor de fiscale winstberekening moeten worden uitgegaan van een rente die wel aan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.