RVR 2013/69
Huur bedrijfsruimte. Faillissement huurder. Schade gehuurde.
HR 19-04-2013, ECLI:NL:HR:2013:BY6108 (Koot Beheer/Tideman)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
19 april 2013
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, A.M.J. van Buchem-Spapens, C.A. Streefkerk, G. Snijders, M.V. Polak
- Zaaknummer
12/00081
- Conclusie
A-G mr. M.H. Wissink
- LJN
BY6108
- Roepnaam
Koot Beheer/Tideman
- JCDI
JCDI:ADS914397:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Insolventierecht / Faillissement
Huurrecht / Huur van bedrijfsruimte
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Huurrecht / Verplichtingen huurder en verhuurder
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:BY6108, Uitspraak, Hoge Raad, 19‑04‑2013
ECLI:NL:PHR:2012:BY6108, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑12‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 29‑12‑2011
- Wetingang
Art. 7:224 BW; art. 39 Fw
Essentie
Huur bedrijfsruimte. Faillissement huurder. Schade gehuurde.
Is de schadevergoeding voortvloeiende uit de verplichting om op grond van de bepalingen van de huurovereenkomst dan wel ex art. 7:224 BW schade aan het gehuurde bij het einde van de huur te herstellen dan wel te vergoeden, aan te merken als boedelschuld indien de huurovereenkomst is opgezegd door de curator na faillissement van de huurder? Blijft het door de Hoge Raad ontwikkelde ‘toedoencriterium’ in stand?
Samenvatting
De curator van een failliete huurder van bedrijfsruimte zegt de huurovereenkomst op grond van art. 39 Fw op waardoor de huurovereenkomst ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.