Einde inhoudsopgave
Regeling langdurige zorg
Artikel 5.1d [Toestaan extra kosten voor verzekerde jonger dan 18]
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2022. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2022
- Bronpublicatie:
21-06-2022, Stcrt. 2022, 16877 (uitgifte: 29-06-2022, regelingnummer: 3382194-1030917-LZ)
- Inwerkingtreding
01-07-2022, terugwerkend tot: 01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-06-2022, Stcrt. 2022, 16877 (uitgifte: 29-06-2022, regelingnummer: 3382194-1030917-LZ)
- Vakgebied(en)
Maatschappelijke ondersteuning / Algemeen
Sociale zekerheid algemeen / Algemeen
Sociale zekerheid ziektekosten / Zorgverzekering
Sociale zekerheid ziektekosten / Bijzondere ziektekosten
Gezondheidsrecht / Zorg en ziektekosten
1.
De Wlz-uitvoerder kan extra kosten toestaan indien de verzekerde jonger dan 18 jaar een behoefte heeft aan begeleiding in groepsverband, behandeling in groepsverband of individuele behandeling die naar het oordeel van de Wlz-uitvoerder noodzakelijk is voor de ontwikkeling van het kind.
2.
Het zorgkantoor kan het persoonsgebonden budget verhogen indien de verzekerde jonger dan 18 jaar een behoefte heeft aan begeleiding in groepsverband die naar het oordeel van het zorgkantoor noodzakelijk is voor de ontwikkeling van het kind.
3.
De Wlz-uitvoerder kan extra kosten toestaan indien de verzekerde een behoefte heeft aan logeeropvang waarbij, naar het oordeel van de Wlz-uitvoerder, extra kosten noodzakelijk zijn.
4.
Het zorgkantoor kan het persoonsgebonden budget verhogen indien de verzekerde een behoefte heeft aan logeeropvang waarbij, naar het oordeel van de Wlz-uitvoerder, extra kosten noodzakelijk zijn.