Rb. Den Haag, 09-10-2013, nr. C-09-438730 - FA RK 13-1883
ECLI:NL:RBDHA:2013:13323
- Instantie
Rechtbank Den Haag
- Datum
09-10-2013
- Zaaknummer
C-09-438730 - FA RK 13-1883
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBDHA:2013:13323, Uitspraak, Rechtbank Den Haag, 09‑10‑2013; (Eerste aanleg - enkelvoudig)
- Wetingang
art. 101 Burgerlijk Wetboek Boek 10
- Vindplaatsen
JPF 2014/76
Uitspraak 09‑10‑2013
Inhoudsindicatie
verzoek ex artikel 1:204 li1 sub e van het Burgerlijk Wetboek en verbetering van een akte
Rechtbank DEN HAAG
Enkelvoudige kamer
Rekestnummers: FA RK 13-1883 (gerechtelijke vaststelling vaderschap) en 12-5756 (verbetering van een akte)
Zaaknummers: C/09/438730 en C/09/424463
Datum beschikking: 9 oktober 2013
Verzoek ex artikel 1:204 lid 1 sub e van het Burgerlijk Wetboek
en verbetering van een akte
Beschikking op het op 8 maart 2013 ingekomen van:
[de man],
de man,
wonende te [woonplaats],
advocaat: mr. P. Scholtes te ‘s-Gravenhage.
Als belanghebbenden worden aangemerkt:
[de vrouw],
de vrouw,
wonende te[woonplaats], Senegal,
advocaat: mr. --,
de minderjarigen
[minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats], Senegal, en [minderjarige 2] geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats], Senegal,
in rechte vertegenwoordigd door mr. I.J. Pieters, advocaat te Leiden,
in de hoedanigheid van bijzonder curator.
Tevens beschikking op het op 27 juli 2012 ingekomen verzoek van de officier van justitie in het arrondissement ʼs-Gravenhage.
Als belanghebbenden worden aangemerkt:
de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente ʼs-Gravenhage,
zetelend te ʼs-Gravenhage,
hierna te noemen: de ambtenaar,
[de man],
de man,
wonende te [woonplaats],
advocaat mr. P. Scholtes te ʼs-Gravenhage,
[de vrouw],
de vrouw,
wonende te [woonplaats], Senegal,
advocaat: mr. --.
Procedure
De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken inzake het verzoek van de man, waaronder:
- het verzoekschrift, waarbij stukken zijn overgelegd die na te melden feiten ondersteunen;
- het F9-formulier met bijlagen d.d. 28 maart 2013 van de zijde van de man;
- de schriftelijke verklaring van de vrouw d.d. 7 maart 2013 inhoudende dat zij instemt met toewijzing van het verzoek, althans geen verweer wenst te voeren, en verklaart geen gebruik te willen maken van haar recht om door de rechter te worden gehoord.
- het verweerschrift van de bijzonder curator.
De rechtbank heeft tevens kennisgenomen van de stukken inzake het verzoek van de officier van justitie, waaronder:
- het verzoekschrift;
- het verweerschrift van de man.
Op 9 september 2013 zijn beide zaken gevoegd ter terechtzitting van deze rechtbank behandeld. Hierbij zijn verschenen: de man met zijn advocaat, de bijzonder curator, alsmede mevrouw G. Verbruggen en mevrouw C. Carlier, ambtenaren van de burgerlijke stand. De vrouw is – hoewel behoorlijk opgeroepen – niet ter terechtzitting verschenen. De officier is evenmin ter terechtzitting verschenen.
Verzoeken en verweren
Het verzoek van de man strekt tot bepaling dat:
1.
er een nauwe persoonlijke betrekking bestaat tussen de man en de minderjarigen;
2.
de rechtshandeling tot erkenning wordt bekrachtigd;
3.
subsidiair: een bijzonder curator wordt benoemd die een verzoek kan indienen tot vaststelling van het vaderschap van de man over de minderjarigen overeenkomstig artikel 1:207 van het Burgerlijk Wetboek (BW);
4.
het verzoek wordt behandeld in combinatie met het verzoek van de officier van justitie (zaaknummer: 424463/FA RK 12-5756).
De bijzonder curator heeft verweer gevoerd en heeft de rechtbank verzocht het door de man onder 2. gedane verzoek toe te wijzen, indien vast komt te staan dat er sprake is van een rechtsgeldige erkenning naar Senegalees recht. De vrouw heeft geen verweer gevoerd.
Het verzoek van de officier van justitie strekt tot doorhaling van de akte met nummer[aktenummer], ingeschreven in het registers van de burgerlijke stand van de gemeente
ʼs-Gravenhage op [datum] 2009.
De man heeft verweer gevoerd tegen dit verzoek. De vrouw en de ambtenaar hebben geen verweer gevoerd.
Feiten
- De man is op [datum huwelijk] gehuwd met [echtgenote].
- Uit de vrouw zijn geboren de minderjarigen [minderjarige 1], op [geboortedatum] te [geboorteplaats], Senegal, en [minderjarige 2] op [geboortedatum] te [geboorteplaats], Senegal.
- De man heeft de minderjarigen erkend.
- De man heeft de Nederlandse nationaliteit.
- De vrouw heeft de Senegalese nationaliteit.
- Bij beschikking van deze rechtbank d.d. 28 maart 2013 is mr. I.J. Pieters voornoemd benoemd tot bijzonder curator teneinde de minderjarige ingevolge artikel 1:212 van het Burgerlijk Wetboek (BW) te vertegenwoordigen.
Beoordeling
Erkenning
Rechtsmacht en toepasselijk recht
De Nederlandse rechter heeft rechtsmacht op grond van artikel 3, aanhef en onder a, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.
Ingevolge artikel 10:95, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek (BW) is het recht van de staat waarvan de man de nationaliteit bezit van toepassing op de vraag of de man bevoegd is tot erkenning van de minderjarigen, alsmede op de voorwaarden voor erkenning. Nu de man de Nederlandse nationaliteit heeft, worden deze vragen dan ook beantwoord naar Nederlands recht.
Erkenning naar Senegalees recht
Ingevolge artikel 10:101 BW worden in het buitenland tot stand gekomen rechtsfeiten of rechtshandelingen waarbij familierechtelijke betrekkingen zijn vastgesteld of gewijzigd, welke zijn neergelegd in een door een bevoegde instantie overeenkomstig de plaatselijke voorschriften gemaakte akte, in Nederland erkend, tenzij sprake is van een weigeringsgrond als bedoeld in het tweede lid van dat artikel.
De eerste vraag die in deze zaak dient te worden beantwoord is derhalve die of de man de minderjarigen naar Senegalees recht rechtsgeldig heeft erkend.
De rechtbank overweegt dat naar Senegalees recht erkenning kan plaatsvinden indien een kind niet binnen het huwelijk van de ouders wordt geboren. Een dergelijke verklaring kan door de vader voorafgaand aan dan wel na de geboorte worden afgelegd bij de ambtenaar van de burgerlijke stand. De erkenning wordt vermeld op de geboorteakte ofwel, indien de erkenning op een later tijdstip heeft plaatsgevonden, geregistreerd onder de vermelding dat het gaat om de erkenning van een buiten huwelijk geboren kind. In het laatste geval wordt de geboorteakte vermeld dat er een akte van erkenning is opgemaakt (artikelen 193 juncto 57 Senegalees Burgerlijk Wetboek). De man – die niet de echtgenoot is van de moeder – staat als vader op de geboorteakten van de minderjarigen geregistreerd. De man heeft in dit verband ter terechtzitting verklaard dat hij samen met de vrouw naar de burgerlijke stand is gegaan, waar zij hun beider paspoorten hebben getoond, hun namen hebben gegeven en hun handtekeningen hebben gezet, waarop de man als vader van de kinderen is geregistreerd. In het licht van het vorenstaande stelt de rechtbank vast dat sprake is van een geldige erkenning naar Senegalees recht.
Nauwe persoonlijke betrekking
Nu de erkenning in Senegal volgens de daar geldende regelgeving heeft plaatsgevonden, wordt deze op grond van artikel 10:101 BW in Nederland erkend, behoudens de toepasselijkheid van een weigeringsgrond als bedoeld in het tweede lid van dat artikel. Omdat de man is gehuwd met een andere vrouw dan de moeder van de kinderen, komt de erkenning die in Senegal heeft plaatsgevonden op grond van het bepaalde in artikel 10:101 lid 2 sub a juncto 1:204 lid 1 sub e BW in beginsel niet voor erkenning in Nederland in aanmerking. Dit beginsel lijdt uitzondering, wanneer komt vast te staan dat tussen de man en de minderjarigen een nauwe persoonlijke betrekking bestaat. De man verzoekt de rechtbank vast te stellen dat dit het geval is.
De man heeft naar het oordeel van de rechtbank voldoende aannemelijk gemaakt dat tussen hem en de minderjarigen zowel ten tijde van hun geboorte en erkenning als daarna sprake was van een nauwe persoonlijke betrekking. De man heeft tickets, bankafschriften en foto’s overgelegd waaruit blijkt dat hij meerdere keren per jaar in Senegal bij de minderjarigen verblijft en hen financieel ondersteunt. De vrouw heeft door middel van een schriftelijke verklaring ingestemd met het verzoek van de man. Ook de bijzonder curator heeft namens de minderjarigen verzocht om toewijzing van het verzoek van de man.
De rechtbank zal dan ook vaststellen dat sprake is van een nauwe persoonlijke betrekking tussen de man en de beide minderjarigen.
De erkenning door de man van de minderjarigen komt derhalve op grond van artikel 10:101 BW voor erkenning in Nederland in aanmerking.
Doorhaling/verbetering van de akte
Ingevolge artikel 1:24, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek kan aanvulling van een register van de burgerlijke stand met een daarin ontbrekende akte of latere vermelding, doorhaling van een daarin ten onrechte voorkomende akte of latere vermelding, of verbetering van een daarin voorkomende akte of latere vermelding die onvolledig is of een misslag bevat, op verzoek van belanghebbenden of van het openbaar ministerie worden gelast door de rechtbank.
De officier van justitie heeft verzocht om doorhaling van de op [datum] 2009 opgemaakte akte van inschrijving van de buitenlandse geboorteakte van de minderjarige [minderjarige 1]. Hiertoe is gesteld dat inschrijving van de akte in strijd is met de Nederlandse openbare orde, nu de man als vader op de geboorteakte staat geregistreerd, terwijl hij is gehuwd met een andere vrouw dan de moeder van de minderjarige.
De man heeft verweer gevoerd tegen de verzochte doorhaling. Als wordt vastgesteld dat tussen hem en de minderjarige sprake is van een nauwe persoonlijke betrekking, kan de erkenning worden bekrachtigd en is doorhaling van de geboorteakte niet langer noodzakelijk wegens strijd met de openbare orde, zo heeft de man gesteld.
De ambtenaar heeft ter terechtzitting verklaard dat doorhaling noodzakelijk is, ook wanneer wordt vastgesteld dat sprake was en is van een nauwe persoonlijke betrekking tussen de man en de minderjarige. Als die nauwe persoonlijke betrekking eerst nu wordt vastgesteld, treedt er een discrepantie op tussen de datum waarop de erkenning wordt bekrachtigd en de datum van inschrijving van de akte, te weten [datum] 2009. De ambtenaar heeft zich op het standpunt gesteld dat er geen andere mogelijkheid bestaat dan dat de reeds ingeschreven akte wordt doorgehaald, waarna de Senegalese geboorteakte opnieuw wordt ingeschreven.
Volgens vaste jurisprudentie van de Hoge Raad is voor de erkenning van een erkenning die in het buitenland heeft plaatsvonden niet noodzakelijk dat de rechter voorafgaand aan de rechtshandeling in het buitenland heeft vastgesteld dat sprake is van een nauwe persoonlijke betrekking. Het bestaan van een nauwe persoonlijke betrekking kan ook worden beoordeeld nadat de erkenning van een kind heeft plaatsgevonden. Beoordeeld dient alsdan te worden of ten tijde van de erkenning in het buitenland sprake was van een nauwe persoonlijke betrekking tussen de man en de minderjarige, vergelijk HR 28 april 2006, LJN AU9237.
In dit geval heeft de rechtbank vastgesteld dat tijdens de geboorte en erkenning van de minderjarige sprake was van een nauwe persoonlijke betrekking tussen de man en de minderjarige. Daarmee voldeed de man ten tijde van de erkenning van de minderjarige in Senegal materieel aan de eis van artikel 1:204 lid 1 sub e BW. Dit in aanmerking genomen kan het enkele feit dat de vaststelling van het bestaan van die betrekking niet aan de erkenning in Senegal is voorafgegaan, niet het oordeel dragen dat het erkennen van die handeling op de voet van het bepaalde in artikel 10:101, tweede lid onder a BW zou leiden – of heeft geleid – tot een gevolg dat strijdig is met de fundamentele beginselen of waarden van de Nederlandse rechtsorde. Nu vaststaat dat ten tijde van de erkenning sprake was van een nauwe persoonlijke betrekking en de erkenning derhalve steeds voor erkenning in Nederland in aanmerking is gekomen, dient het verzoek tot doorhaling van de inschrijving van de buitenlandse geboorteakte te worden afgewezen.
Beslissing
De rechtbank:
stelt vast dat tussen [de man], geboren op [geboortedatum] te[geboorteplaats], Senegal, en de minderjarigen:
- -
[minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats], Senegal, en
- -
[minderjarige 2] geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats], Senegal,
een nauwe persoonlijke betrekking bestaat;
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. J. Brandt, tevens kinderrechter, bijgestaan door mr. L.W.J. van der Krogt als griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
9 oktober 2013.