Besluit informatie-uitwisseling bovengrondse en ondergrondse netten en netwerken
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 31-03-2018
- Bronpublicatie:
21-03-2018, Stb. 2018, 92 (uitgifte: 30-03-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
31-03-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-03-2018, Stb. 2018, 90 (uitgifte: 30-03-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt tegelijk in werking met de Wet informatie-uitwisseling bovengrondse en ondergrondse netten en netwerken (21-02-2018, Stb. 73).
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Telecommunicatie
Ruimtelijk bestuursrecht / Grondexploitatie
Informatierecht / Bijzondere onderwerpen
Informatierecht / ICT
Besluit van 21 maart 2018, houdende regels voor een systeem van informatie-uitwisseling betreffende bovengrondse en ondergrondse infrastructuur van netten en netwerken ter voorkoming van graafschade en ter bevordering van de aanleg van elektronische communicatienetwerken met hoge snelheid
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, gedaan mede namens Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 8 december 2017, nr. WJZ/17195871;
Gelet op richtlijn 2014/61/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 inzake maatregelen ter verlaging van de kosten van de aanleg van elektronischecommunicatienetwerken met hoge snelheid (PbEU 2014, L 155) en de artikelen 8, derde lid, 22, 28, eerste tot en met derde lid, 29, eerste lid, en 30 van de Wet informatie-uitwisseling bovengrondse en ondergrondse netten en netwerken en artikel 3.37, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 13 december 2017, No. W18.17.0390/IV);
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, uitgebracht mede namens Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 15 maart 2018, nr. WJZ/18013217;
Hebben goedgevonden en verstaan: