Einde inhoudsopgave
Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Moldavië, anderzijds
Artikel 382 Overleg
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2016
- Bronpublicatie:
27-06-2014, Trb. 2014, 207 (uitgifte: 26-11-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-06-2016, Trb. 2016, 89 (uitgifte: 28-06-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Vrij verkeer
EU-recht / Marktintegratie
Internationaal publiekrecht / Algemeen
1.
De partijen streven ernaar alle geschillen als bedoeld in artikel 381 van deze overeenkomst op te lossen door te goeder trouw overleg te voeren, teneinde tot een onderling overeengekomen oplossing te komen.
2.
De partij die overleg wenst te voeren dient daartoe bij de andere partij een schriftelijk verzoek in, van welk verzoek een afschrift wordt gezonden aan het Associatiecomité in zijn samenstelling voor handelsvraagstukken, als beschreven in artikel 438, lid 4, van deze overeenkomst, en vermeldt daarbij de redenen voor het verzoek alsmede de maatregel waarom het gaat en de in artikel 381 van deze overeenkomst bedoelde bepalingen die zij van toepassing acht.
3.
Het overleg wordt binnen dertig dagen na de datum van ontvangst van het verzoek gehouden en vindt, tenzij de partijen anders overeenkomen, plaats op het grondgebied van de partij waaraan het verzoek gericht is. Het overleg wordt dertig dagen na de datum van ontvangst van het verzoek geacht te zijn afgesloten, tenzij beide partijen overeenkomen het overleg voort te zetten. Het overleg, en in het bijzonder alle tijdens het overleg door de partijen verstrekte informatie en ingenomen standpunten, is vertrouwelijk en laat de rechten van de partijen in latere procedures onverlet.
4.
Overleg over dringende aangelegenheden, zoals wanneer het bederfelijke waren of seizoensgebonden goederen of diensten betreft, wordt binnen vijftien dagen na de datum van ontvangst van het verzoek door de partij waaraan het gericht is, gehouden en wordt binnen hetzelfde tijdsbestek geacht te zijn afgesloten, tenzij beide partijen overeenkomen het overleg voort te zetten.
5.
Indien de partij waaraan het verzoek om overleg gericht is, niet binnen tien dagen na de datum van ontvangst van het verzoek hierop reageert, of indien het overleg niet binnen de in lid 3 respectievelijk lid 4 van dit artikel genoemde termijn wordt gehouden, of indien de partijen overeenkomen geen overleg te voeren of indien het overleg is afgesloten zonder dat een onderling overeengekomen oplossing is bereikt, kan de partij die om overleg heeft verzocht, een beroep doen op artikel 384 van deze overeenkomst.
6.
Tijdens het overleg verstrekt elke partij voldoende feitelijke informatie, zodat een volledig onderzoek mogelijk is naar de wijze waarop de betrokken maatregel van invloed kan zijn op de werking en toepassing van deze overeenkomst.
7.
Wanneer het overleg betrekking heeft op het vervoer van energiegoederen via netwerken en een partij de oplossing van het geschil dringend acht wegens een volledige of gedeeltelijke onderbreking van het vervoer van aardgas, olie of elektriciteit tussen de partijen, wordt het binnen drie dagen na de datum van indiening van het verzoek gehouden en wordt het drie dagen na de datum van indiening van het verzoek geacht te zijn afgesloten, tenzij beide partijen overeenkomen het overleg voort te zetten.