Einde inhoudsopgave
Avarij-Grosse Regels IVR
Officiële Toelichting
Geldend
Geldend vanaf 01-06-2006
- Bronpublicatie:
01-06-2006, Internet 2006, www.ivr.nl (uitgifte: 01-06-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-06-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-06-2006, Internet 2006, www.ivr.nl (uitgifte: 01-06-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Binnenvaart
Vorst
Deze Regel neemt in zijn eerste lid de bepalingen over van par. 82 lid 5 BSG. Wanneer de schipper zich door vorst genoodzaakt ziet een noodhaven op te zoeken, levert dit een avarij-grosse-handeling op. Vereist is dat tot deze maatregel is besloten ‘met het doel het schip en zijn lading uit een gemeenschappelijk gevaar te redden’; niet is nodig, ingeval van vorst, dat dit gevaar groter is dan in de andere gevallen van avarij-grosse. Van dit standpunt uit bezien blijkt, dat Regel XXII de algemene beginselen van de avarij-grosse eerbiedigt, doch door niet de eis te stellen, dat de vorst, die de schipper noodzaakt een noodhaven te zoeken, een ‘bijzondere omstandigheid’ is, breidt hij het gebied van toepassing zeer ver uit. Zelfs indien de reis is ondernomen in de winter en zelfs wanneer men bij het sluiten van het vervoercontract zou hebben kunnen verwachten, dat de weersomstandigheden de normale uitvoering daarvan zouden kunnen verhinderen, dan nog moet de ‘overwintering’ als een avarij-grosse-handeling worden beschouwd.
Het begrip tussenhaven
De noodhaven moet een tussenhaven zijn, d.w.z. een haven die het schip normaal niet zou zijn aangelopen. Deze haven kan ook de vertrekhaven zijn, mits het schip er eerst uit is vertrokken en vervolgens daar is teruggekeerd, nadat de reis was begonnen. Het spreekt vanzelf dat de haven van bestemming nooit het karakter van een ‘ tussenhaven’ kan hebben, daar deze reeds ligt besloten in het normale reisplan van het schip.
Het begrip vluchthaven
Vereist is dat de schipper een noodhaven opzoekt: indien hij dus wegens ijsgang niet uit een haven kan vertrekken, wordt deze haven geen overwinteringshaven in de zin van Regel XXII.
Limitatieve opsomming van toelaatbare kosten
De in avarij-grosse te vergoeden kosten ingeval van overwintering worden in Regel XXII limitatief opgesomd: zij bevatten in het bijzonder de kosten voor bewaking van het geladen schip; gages en kosten van levensonderhoud van het personeel, evenals bewakingskosten na volledige lossing van het schip, worden evenwel niet in avarij-grosse vergoed.
Lichten
Het gebeurt dikwijls dat het schip, nadat het de overwinteringshaven is binnengekomen of zelfs alleen al om er binnen te lopen, moet worden gelicht. In dat geval zullen het lichten en de daaruit voortvloeiende schade in avarij-grosse worden toegelaten, echter alleen wanneer het lichten is geschied in lichters en niet op de wal.