Einde inhoudsopgave
Verdrag inzake het witwassen, de opsporing, de inbeslagneming en de confiscatie van opbrengsten van misdrijven
Artikel 13 Verplichting tot confiscatie
Geldend
Geldend vanaf 01-09-1993
- Bronpublicatie:
08-11-1990, Trb. 1990, 172 (uitgifte: 13-12-1990, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-09-1993
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-06-1993, Trb. 1993, 88 (uitgifte: 01-01-1993, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Bijzondere onderwerpen strafrecht
Internationaal strafrecht / Internationale misdrijven
1.
Een Partij die van een andere Partij een verzoek om confiscatie heeft ontvangen betreffende hulpmiddelen of opbrengsten die zich op haar grondgebied bevinden, moet:
- a.
de door een rechter van de verzoekende Partij gegeven beslissing tot confiscatie ten uitvoer leggen met betrekking tot die hulpmiddelen of opbrengsten; of
- b.
het verzoek voorleggen aan haar bevoegde autoriteiten, ten einde een beslissing tot confiscatie te verkrijgen, en de beslissing ten uitvoer leggen, indien zij wordt gegeven.
2.
Voor de toepassing van het eerste lid, letter b, van dit artikel is elke Partij, indien noodzakelijk, bevoegd een procedure tot confiscatie in te stellen krachtens haar eigen wetgeving.
3.
De bepalingen van het eerste lid van dit artikel zijn ook van toepassing op confiscatie bestaande in de verplichting een geldbedrag te betalen dat overeenkomt met de waarde van de opbrengsten, indien zich op het grondgebied van de aangezochte Partij voorwerpen bevinden waarop de confiscatie ten uitvoer kan worden gelegd. In dat geval ziet de aangezochte Partij, wanneer zij overgaat tot de tenuitvoerlegging van de confiscatie overeenkomstig het eerste lid, erop toe dat de vordering, indien geen betaling wordt verkregen, wordt verhaald op voorwerpen die voor dat doel beschikbaar zijn.
4.
Indien een verzoek om confiscatie betrekking heeft op een bepaald voorwerp, kunnen de Partijen overeenkomen dat de aangezochte Partij kan overgaan tot confiscatie in de vorm van een verplichting een geldbedrag te betalen dat overeenkomt met de waarde van het voorwerp.