Einde inhoudsopgave
Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging vrijheidsbenemende en voorwaardelijke sancties
Artikel 3:22 (recht van tenuitvoerlegging)
Geldend
Geldend vanaf 01-11-2012
- Bronpublicatie:
12-07-2012, Stb. 2012, 333 (uitgifte: 19-07-2012, kamerstukken: 32885)
- Inwerkingtreding
01-11-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-08-2012, Stb. 2012, 373 (uitgifte: 23-08-2012, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Overdracht en overname strafvervolging
Materieel strafrecht / Sancties
Internationaal strafrecht / Europees strafrecht en strafprocesrecht
1.
Het recht van tenuitvoerlegging in Nederland van de aan de uitvoerende lidstaat toegezonden rechterlijke uitspraak, wordt opgeschort gedurende de periode dat de uitspraak ten uitvoer wordt gelegd in die staat.
2.
Tot tenuitvoerlegging in Nederland kan worden overgegaan indien het openbaar ministerie met de bevoegde autoriteit van de uitvoerende lidstaat is overeengekomen dat de tenuitvoerlegging verder in Nederland dient plaats te vinden, omdat:
- a.
de veroordeelde zich in de uitvoerende lidstaat aan het toezicht op de naleving van de aan hem opgelegde verplichtingen heeft onttrokken of niet langer zijn vaste woon- of verblijfplaats in die staat heeft;
- b.
in Nederland een nieuwe strafvervolging tegen de veroordeelde is ingesteld.
3.
Het recht van tenuitvoerlegging in Nederland eindigt zodra van de bevoegde autoriteit van de uitvoerende lidstaat bericht is ontvangen dat de tenuitvoerlegging van de rechterlijke uitspraak is voltooid.