Einde inhoudsopgave
Aanwijzingen voor de regelgeving
Officiële Toelichting
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2024
- Bronpublicatie:
20-06-2024, Stcrt. 2024, 20921 (uitgifte: 28-06-2024, regelingnummer: 3815813)
- Inwerkingtreding
01-07-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-06-2024, Stcrt. 2024, 20921 (uitgifte: 28-06-2024, regelingnummer: 3815813)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Staatsrecht / Wetgeving
Vierde lid. Indien ‘minister’ of ‘staatssecretaris’ wordt gevolgd door de naam van het ministerie (of — bij een minister zonder portefeuille — door een aanduiding van diens taakveld), dan wordt deze aanduiding beschouwd als een eigennaam, en wordt een hoofdletter gebruikt. Dit geldt ook voor de aanduiding ‘Onze Minister’, die beschouwd kan worden als een verkorte aanduiding van een (niet vermelde) eigennaam.
Voorbeelden bij het tweede lid
Met hoofdletter: Algemene Rekenkamer, Eerste (Tweede) Kamer, Hoge Raad (der Nederlanden), Kabinet van de Koning, Kamer (indien wordt gerefereerd aan de Tweede Kamer of de Eerste Kamer), Kamerlid, Kamerstukken, Koning, Koninkrijk (der Nederlanden), Kroon, Minister-President, Minister van Buitenlandse Zaken, Ministerie van Buitenlandse Zaken, Onze Minister(s), Afdeling advisering van de Raad van State, Rijk, 's Rijks kas, Staten-Generaal.
Met kleine letter: algemene maatregel van bestuur, burgemeester, commissaris van de Koning, commissie, gedeputeerde staten, gemeente, kabinet, kroonberoep, kroonlid, koninklijk besluit, lidstaat, memorie van toelichting, ministerraad, nota van wijziging, parlement, presidium, provinciale staten, raad, regering, regeringscommissaris, rijksoverheid, rijkswet, staat, voorstel van wet.
Voorbeelden bij het derde lid
- —
Onderzoeksraad voor veiligheid
- —
Nationale ombudsman.