RFR 2019/44
Bopz. Mag arts voor verstandelijk gehandicapten geneeskundige verklaring afgeven, als naast verstandelijke beperking ook psychiatrische stoornis is vastgesteld?
HR 02-11-2018, ECLI:NL:HR:2018:2044
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
2 november 2018
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, C.E. du Perron, M.J. Kroeze
- Zaaknummer
18/02950
- Conclusie
plv. P-G mr. F.F. Langemeijer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS29681:1
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:2044, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 02‑11‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:1227, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑09‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑07‑2018
- Wetingang
Art. 1 lid 6, 16 lid 2 Wet Bopz
Essentie
Bopz. Machtiging voortgezet verblijf. Bescherming meerderjarige.
Is een arts voor verstandelijk gehandicapten bevoegd om een geneeskundige verklaring af te geven, wanneer er naast een verstandelijke beperking ook een psychiatrische stoornis is vastgesteld?
Samenvatting
Bij een verzoek om een machtiging tot voortgezet verblijf is een geneeskundige verklaring gevoegd, die is opgesteld door een arts voor verstandelijk gehandicapten (hierna: avg). De diagnose luidt: ‘lichte tot matige verstandelijke beperking en laag sociaal-emotioneel ontwikkelingsniveau, schizofrenie met paranoïde en een gedragsstoornis met impulsdoorbraken. Belangrijkste diagnose: verstandelijke handicap’. De rechtbank heeft de verzochte machtiging verleend en heeft het betoog van de advocaat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.