Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsbesluit merken BES
Artikel 6
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van het Merkenlandsbesluit, zoals gewijzigd bij het Aanpassingsbesluit openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (27-09-2010, Stb. 366). Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
29-09-2010, Stb. 2010, 446 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Intellectuele-eigendomsrecht / Modellen- en merkenrecht
1.
Indien bij het depot een beroep wordt gedaan op een recht van voorrang, worden het land, de dagtekening, het nummer en de houder van het depot, waarop het recht van voorrang steunt, vermeld. Indien de deposant van het merk in het land van oorsprong niet degene is, die het depot hier te lande verricht, dan voegt de laatstgenoemde aan zijn depot een document toe, waaruit zijn rechten blijken.
2.
Indien bij een bijzondere verklaring als bedoeld in artikel 10, zevende lid, van de wet, een beroep wordt gedaan op een recht van voorrang, bevat deze verklaring: de naam en het adres van de deposant, zijn handtekening of die van zijn gemachtigde, in voorkomend geval naam en adres van de gemachtigde, een aanduiding van het merk, alsmede de in het eerste lid bedoelde gegevens. Een bewijs van betaling van een bij ministeriële regeling vast te stellen bedrag aan rechten of vergoedingen wordt bijgevoegd.
3.
De deposant die zich op een recht van voorrang beroept, legt een afschrift over van de documenten die dit recht van voorrang staven.
4.
Indien niet is voldaan aan het bepaalde in het eerste, tweede en derde lid en de artikelen 13 en 15, stelt Onze Minister de betrokkene onverwijld daarvan in kennis en geeft hem een termijn van ten minste een maand om hieraan alsnog te voldoen. Deze termijn kan op verzoek of ambtshalve worden verlengd tot zes maanden na de datum van verzending van de eerste kennisgeving. Indien hieraan niet binnen de oorspronkelijke of verlengde termijn is voldaan, vervalt het recht van voorrang.