RBP 2019/30
Omvang van nalatenschap. Omvang van het debat. Verrassingsbeslissing. Wat is de omvang van het debat in hoger beroep en in hoeverre speelt de eerste aanleg daarbij een rol?
HR 01-02-2019, ECLI:NL:HR:2019:137
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
1 februari 2019
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, G. Snijders, T.H. Tanja-van den Broek, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
18/00881
- Conclusie
A-G mr. G.R.B. van Peursem
- JCDI
JCDI:ADS43456:1
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
Erfrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:137, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 01‑02‑2019
ECLI:NL:PHR:2018:1473, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑12‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑03‑2018
- Wetingang
Essentie
Omvang van nalatenschap. Omvang van het debat. Verrassingsbeslissing.
Wat is de omvang van het debat in hoger beroep en in hoeverre speelt de eerste aanleg daarbij een rol?
Samenvatting
Partijen strijden over een nalatenschap. Verweerder woont sinds 1966 in een woning die tot die nalatenschap behoort. De vraag is daarbij onder meer wat hij voor dat gebruik aan huur aan de nalatenschap dient te vergoeden en over welke periode. Dit maakt onderdeel uit van de vordering tot verdeling van de nalatenschap.
Rb.: De rechtbank heeft vastgesteld dat verweerder de woning als huurder heeft bewoond en dat hij de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.