RI 2018/35
Heeft het einde van de hoofdhuurovereenkomst tot gevolg dat de onderverhuurder vanaf dat moment zijn verbintenis jegens de onderhuurder niet meer kan nakomen?
HR 23-02-2018, ECLI:NL:HR:2018:284
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
23 februari 2018
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, G. Snijders, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek, C.H. Sieburgh
- Zaaknummer
16/06180
- Conclusie
A-G mr. T. Hartlief
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS928762:1
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Faillissement
Huurrecht / Bijzondere onderwerpen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:284, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑02‑2018
ECLI:NL:PHR:2017:1260, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑11‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 13‑12‑2016
- Wetingang
Essentie
Heeft het einde van de hoofdhuurovereenkomst tot gevolg dat de onderverhuurder vanaf dat moment zijn verbintenis jegens de onderhuurder niet meer kan nakomen?
Samenvatting
RTL houdt zich bezig met het leasen en verhuren van motorvoertuigen voor de zakelijke markt. Op 11 december 2012 wordt RTL in staat van faillissement verklaard. Op dat moment lopen er nog huurovereenkomsten tussen RTL en haar afnemers, waaronder verweerster en KAV. De eigenaren van betreffende voertuigen, Paccar respectievelijk MAN, hadden hun leaseovereenkomsten met RTL reeds voor de faillietverklaring beëindigd; op 30 november 2012 respectievelijk 3 december 2012. Paccar sluit vervolgens met verweerster een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.