AB 2016/407
Belanghebbende. Feitelijke werkzaamheden rechtspersoon volgens Afdeling bij nader inzien toch niet voldoende voor belanghebbbendheid.
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
29 juni 2016
- Magistraten
Mrs. J.A.W. Scholten-Hinloopen, E. Helder, J. Kramer
- Zaaknummer
201600059/1/R6
- Noot
H.D. Tolsma
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS924868:1
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Bestuursprocesrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2016:1813, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 29‑06‑2016
- Wetingang
Art. 1:2 lid 1 en 3 Awb
Essentie
Afdeling bestudeert feitelijke werkzaamheden van een stichting nog eens nader en komt op dat punt tot een andersluidend oordeel dan eerder.
Samenvatting
De vraag rijst […] of de stichting voldoende feitelijke werkzaamheden als bedoeld in art. 1:2 lid 3 van de Awb ontplooit die in het verlengde van dit deel van de statutaire doelstellingen liggen.
De Afdeling acht het mede gelet op de ter zitting overgelegde verklaringen weliswaar aannemelijk dat appellant 1 maandelijks spreekuur houdt, maar dat de onderwerpen die tijdens dit spreekuur aan de orde komen, voor het overgrote deel niet zien op landschapsbeheer, ...