Rb. Haarlem, 02-11-2006, nr. zaak/rolnr.: 311631 CV EXPL 06-3228
ECLI:NL:RBHAA:2006:AZ1193
- Instantie
Rechtbank Haarlem
- Datum
02-11-2006
- Zaaknummer
zaak/rolnr.: 311631 CV EXPL 06-3228
- LJN
AZ1193
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Ondernemingsrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBHAA:2006:AZ1193, Uitspraak, Rechtbank Haarlem, 02‑11‑2006; (Eerste aanleg - enkelvoudig)
Uitspraak 02‑11‑2006
Inhoudsindicatie
Proceskosten. Omdat eiseres een handelsvordering van € 449,12 aanhangig maakt waarvan zij weet, althans moet weten, dat deze bij een behoorlijk verweer zou worden afgewezen, heeft zij gedaagde onnodig op hoge kosten gejaagd. Daarom kan niet worden volstaan met een proceskostenveroordeling cfm het gebruikelijke liquidatietarief. Het salaris van de gedaaagde, een advocaat, wordt bepaald op € 1.015,--.
Partij(en)
RECHTBANK HAARLEM
Sector kanton Locatie Zaandam
zaak/rolnr.: 311631 CV EXPL 06-3228
datum uitspraak: 2 november 2006
VONNIS VAN DE KANTONRECHTER
inzake
Bedrijfsadreswijzer B.V.
te Alkmaar
eisende partij
hierna te noemen Bedrijfsadreswijzer
gemachtigde gerechtsdeurwaarder F.J.M. van der Meer
tegen
BinnenHuisCenter Floris B.V.
te Wormerveer
gedaagde partij
hierna te noemen BinnenHuisCenter
gemachtigde deurwaarder W.Th. Schoonebeek
De procedure
Bedrijfsadreswijzer heeft op gronden zoals in de dagvaarding vermeld een vordering ingesteld tegen BinnenHuisCenter.
Hierop heeft BinnenHuisCenter geantwoord.
Vervolgens is schriftelijk voort geprocedeerd.
Tenslotte is de uitspraak op vandaag bepaald.
De inhoud van alle processtukken, waaronder begrepen de mogelijk door partijen overgelegde producties, wordt als hier overgenomen beschouwd.
De vordering
Bedrijfsadreswijzer vordert dat de kantonrechter, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad, BinnenHuisCenter zal veroordelen aan Bedrijfsadreswijzer te betalen de somma van € 449,12 met (verdere) rente en kosten.
Het verweer
Het verweer strekt tot gehele afwijzing van de vordering.
De beoordeling van het geschil
Het gaat in deze zaak om een door Bedrijfsadreswijzer ten behoeve van BinnenHuisCenter geplaatste advertentie op de website www.bedrijfsadreswijzer.nl. De opdracht daartoe is na telefonische colportage mondeling gegeven door mevrouw [werkneemster], die werkzaam is voor een zusteronderneming van BinnenHuisCenter, althans een rechtspersoon die dezelfde directie geniet als BinnenHuisCenter. [werkneemster] was niet bevoegd BinnenHuisCenter te binden.
Partijen blijken verdeeld over de vraag of BinnenHuisCenter gebonden is geraakt door de namens haar door mevrouw [werkneemster] gegeven opdracht tot plaatsing van de advertentie. Ik beantwoord die vraag ontkennend.
Vast staat dat [werkneemster] helemaal niet bevoegd was om BinnenHuisCenter te binden, zoals Bedrijfsadreswijzer heel gemakkelijk door raadpleging van het handelsregister had kunnen en moeten weten. Dat zij het kennelijk niet nodig vindt om het handelsregister vooraf te raadplegen, dat wil zeggen voordat zij haar potentiële klanten ongevraagd telefonisch benadert, moet voor haar rekening en risico blijven.
Het mag misschien waar zijn dat [werkneemster] met zoveel woorden heeft gezegd dat zij wèl bevoegd was, maar dat mag niet aan BinnenHuisCenter worden tegengeworpen. Daaruit mag in elk geval niet de schijn van vertegenwoordigingsbevoegdheid, zoals bedoeld in artikel 3.61 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek, worden afgeleid. Dat wordt niet anders indien het juist is dat [werkneemster] eerder, ten behoeve van en namens meergenoemde zusteronderneming, een dergelijke advertentie heeft doen plaatsen, welke (alsdan eveneens onbevoegd verrichte) rechtshandeling achteraf door die zusteronderneming, om haar moverende redenen, is bekrachtigd, doordat men die advertentie (maar) heeft betaald.
De vordering van Bedrijfsadreswijzer moet daarom worden afgewezen, met veroordeling van Bedrijfsadreswijzer in de proceskosten.
Ik ben het verder met BinnenHuisCenter eens dat er aanleiding bestaat om de aan BinnenHuisCenter toe te wijzen proceskosten op een hoger bedrag vast te stellen dan in zaken als deze gebruikelijk. Bedrijfsadreswijzer had kunnen en moeten begrijpen dat het hoogst onwaarschijnlijk was dat haar vordering, indien weersproken, zou worden toegewezen. Dat zij deze toch aanhangig heeft gemaakt kan alleen daaruit worden verklaard, dat zij erop heeft gegokt dat geen verweer zou worden gevoerd, althans dat BinnenHuisCenter geen professionele rechtshulp zou inroepen om juridisch relevant verweer te voeren. Ook na kennisneming van de conclusie van antwoord had Bedrijfsadreswijzer er nog voor kunnen kiezen te stoppen met deze heilloze procedure, hetgeen zij heeft nagelaten. Daardoor heeft zij BinnenHuisCenter onnodig en verwijtbaar op hoge kosten gejaagd waarvan het onredelijk is om deze, zoals in civiele procedures gebruikelijk, voor (een aanmerkelijk deel voor) rekening van BinnenHuisCenter te laten. Ik zal het salaris van de gemachtigde van BinnenHuisCenter daarom begroten op € 1.015,--.
Beslissing
De vordering wordt afgewezen.
Bedrijfsadreswijzer wordt veroordeeld in de kosten van deze procedure, deze voor zover gerezen aan de zijde van BinnenHuisCenter tot op heden begroot op € 1.015,-- wegens salaris van de gemachtigde.
Dit vonnis is gewezen door mr. F.M.Visser, kantonrechter, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 2 november 2006, in tegenwoordigheid van de griffier.