BNB 2019/98
Renteaftrekbeperking winstdrainage. Tegenbewijs. Onvoldoende parallellie tussen interne leningen en externe financiering
HR 22-03-2019, ECLI:NL:HR:2019:394, m.nt. O.C.R. Marres
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
22 maart 2019
- Magistraten
Mrs. Koopman, Punt, Overgaauw, Van Loon, Van Hilten
- Zaaknummer
18/02329
18/02330
18/02332
18/02333
18/02334
- Conclusie
A-G Wattel
- Noot
O.C.R. Marres
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS52348:1
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Inkomstenbelasting / Winst
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 22‑03‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 22‑03‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 22‑03‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 22‑03‑2019
ECLI:NL:HR:2019:394, Uitspraak, Hoge Raad, 22‑03‑2019
ECLI:NL:PHR:2018:1358, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 06‑12‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑12‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑09‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑09‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑09‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑09‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑09‑2018
- Wetingang
Art. 10a Wet VPB 1969
Essentie
Renteaftrekbeperking winstdrainage. Tegenbewijs. Onvoldoende parallellie tussen interne leningen en externe financiering
Samenvatting
Voortzetting zaak HR, BNB 2017/162c* (Belastingconstructie Credit Suisse).
Belanghebbenden maken deel uit van een internationaal bankconcern. Zij zijn in de jaren 2005-2008 aangekocht door de tot het concern behorende vennootschap E BV. Na hun overname hebben belanghebbenden leningen opgenomen bij de in Londen gevestigde vaste inrichting van het concern. De vaste inrichting heeft daartoe bij derden – in de markt – gelden aangetrokken. De geleende gelden zijn door belanghebbenden aangewend voor stortingen in respectievelijk verwervingen van concernvennootschappen. De aldus aangewende gelden zijn uiteindelijk als ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.