BNB 2011/162
(HR) De regeling voor forfaitaire reguliere voordelen uit een bezit in buitenlandse vennootschappen is niet in strijd met EU-recht. De regeling is ook van toepassing op door buitenlandse vennootschappen gehouden Nederlandse deelnemingen (2002 en 2003; noot Marres)
HR 17-12-2010, ECLI:NL:HR:2010:BO7508, m.nt. O.C.R. Marres
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 december 2010
- Magistraten
Mrs. Lourens, Bavinck, Overgaauw
- Zaaknummer
10/01204
- Noot
O.C.R. Marres
- LJN
BO7508
- JCDI
JCDI:ADS908966:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting (V)
Europees belastingrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BO7508, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑12‑2010
- Wetingang
Art. 4.13, eerste lid, onderdeel a, en art. 4.14 Wet IB 2001
Essentie
Regeling voor forfaitaire reguliere voordelen uit buitenlandse vennootschappen niet strijdig met EU-recht. De regeling is ook van toepassing op door zulke vennootschappen gehouden Nederlandse deelnemingen
Samenvatting
Belanghebbende was in 2002 en 2003 enig aandeelhouder van de naar Antilliaans recht opgerichte en aldaar feitelijk gevestigde G NV en de aldaar eveneens feitelijk gevestigde H BV. De activiteiten van de vennootschappen bestonden uit het beleggen van vermogen. G en H bezaten in 2002 en 2003 deelnemingen in drie in Nederland gevestigde en alhier aan de belastingheffing onderworpen BV’s. Voor 2002 en 2003 is belanghebbende belast voor een forfaitair regulier voordeel ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.