HR, 02-10-2012, nr. 11/00537
ECLI:NL:HR:2012:BX5415
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
02-10-2012
- Zaaknummer
11/00537
- Conclusie
Mr. Vegter
- LJN
BX5415
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:PHR:2012:BX5415, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑10‑2012
Arrest Hoge Raad: ECLI:NL:HR:2012:BX5415
ECLI:NL:HR:2012:BX5415, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑10‑2012; (Cassatie)
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2012:BX5415
- Vindplaatsen
Conclusie 02‑10‑2012
Mr. Vegter
Partij(en)
Nr. 11/00537
Mr. Vegter
Zitting: 3 juli 2012 (bij vervroeging)
Conclusie inzake:
[Verdachte]
1.
Het Gerechtshof te 's-Gravenhage, zitting houdende te Amsterdam heeft bij arrest van 26 januari 2011 verdachte wegens 2, "plegen van een ander uit winstbejag behulpzaam zijn bij het verblijven in Nederland of enige staat welke gehouden is mede ten behoeve van Nederland grenscontrole uit te oefenen, terwijl hij weet of ernstige redenen heeft te vermoeden dat de toegang of dat verblijf wederrechtelijk is" en "medeplegen van een ander uit winstbejag behulpzaam zijn bij het verblijven in Nederland of enige staat welke gehouden is mede ten behoeve van Nederland grenscontrole uit te oefenen, terwijl hij weet of ernstige redenen heeft te vermoeden dat de toegang of dat verblijf wederrechtelijk is" veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 weken met aftrek als bedoeld in art. 27 Sr. Voorts heeft het Hof een beslissing genomen over enkele in beslag genomen voorwerpen, als in het arrest omschreven.
2.
Deze zaak hangt samen met de zaken tegen [medeverdachte 1] (11/00654) en [medeverdachte 2] (11/04475), waarin ik vandaag eveneens concludeer.
3.
Namens verdachte heeft mr. J.B. Boone, advocaat te Wijk bij Duurstede, op 28 januari 2011 beroep in cassatie ingesteld. De aanzegging ingevolge art. 435, eerste lid, Sv is op 19 oktober 2011 betekend. Art. 437, tweede lid, Sv schrijft voor dat, op straffe van niet-ontvankelijkheid, binnen twee maanden na betekening van de aanzegging als bedoeld in art. 435, eerste lid, Sv, door een raadsman een schriftuur houdende middelen wordt ingediend. Binnen de termijn als bedoeld in art. 437, tweede lid, Sv is geen schriftuur houdende middelen bij de Hoge Raad binnengekomen, zodat de verdachte niet-ontvankelijk moet worden verklaard in het ingestelde cassatieberoep.
4.
Deze conclusie strekt tot niet-ontvankelijkverklaring van de verdachte in het beroep in cassatie.
De Procureur-Generaal
bij de Hoge Raad der Nederlanden
AG
Uitspraak 02‑10‑2012
Inhoudsindicatie
Geen schriftuur houdende middelen ingediend. HR: verdachte n-o.
Partij(en)
2 oktober 2012
Strafkamer
nr. S 11/00537
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage, zitting houdende te Amsterdam, van 26 januari 2011, nummer 23/005760-05, in de strafzaak tegen:
[Verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1977, wonende te [woonplaats].
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Middelen van cassatie zijn namens deze niet voorgesteld.
De Advocaat-Generaal Vegter heeft geconcludeerd tot niet-ontvankelijkverklaring van de verdachte in het beroep.
2. Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep
Nu de verdachte niet binnen de bij de wet gestelde termijn bij de Hoge Raad door een raadsman een schriftuur houdende middelen van cassatie heeft doen indienen, is niet in acht genomen het voorschrift van art. 437, tweede lid, Sv, zodat de verdachte in het beroep niet kan worden ontvangen.
3. Beslissing
De Hoge Raad verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, en de raadsheren J. de Hullu en N. Jörg, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken op 2 oktober 2012.