Einde inhoudsopgave
Burgerlijk Wetboek BES Boek 4
Artikel 970
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van het Burgerlijk Wetboek Boek 4, zoals gewijzigd bij de Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (17-05-2010, Stb. 350). Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
27-09-2010, Stb. 2010, 494 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Erfrecht / Testamenten
Erfrecht / Algemeen
Erfrecht / Bijzondere onderwerpen
Erfrecht / Erfopvolging bij versterf
Erfrecht / Gevolgen erfopvolging
1.
De getuigen, die bij het maken van uiterste willen tegenwoordig zijn, moeten zijn meerderjarig, en ingezetenen van Curaçao, Sint Maarten, of van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Zij moeten de taal verstaan waarin de uiterste wil is opgesteld, of die waarin de akte van superscriptie of bewaargeving is geschreven.
2.
Tot getuigen van een uiterste wil, bij openbare akte op te maken, kunnen niet genomen worden de erfgenamen of de legatarissen, noch derzelver bloedverwanten of aangehuwden, tot in de vierde graad ingesloten, noch de kinderen of kleinkinderen, of bloedverwanten in dezelfde graad, noch de huisbedienden der notarissen, voor welke de uiterste wil verleden wordt.