Einde inhoudsopgave
Algemene wet bestuursrecht
Artikel 8:10 [Enkelvoudige kamer of meervoudige kamer]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1994
- Bronpublicatie:
29-12-1993, Stb. 1994, 1 (uitgifte: 01-01-1994, kamerstukken/regelingnummer: -)
16-12-1993, Stb. 1993, 650 (uitgifte: 01-01-1993, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 22495 Overheid.nl: 22495)
- Inwerkingtreding
01-01-1994
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-12-1993, Stb. 1994, 1 (uitgifte: 01-01-1994, kamerstukken/regelingnummer: -)
23-12-1993, Stb. 1993, 693 (uitgifte: 01-01-1993, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Fiscaal procesrecht (V)
Fiscaal procesrecht / Procesorde
Bestuursprocesrecht / Algemeen
Bestuursprocesrecht / Beroep
1.
De zaken die bij de rechtbank aanhangig worden gemaakt, worden in behandeling genomen door een enkelvoudige kamer.
2.
Indien een zaak naar het oordeel van de enkelvoudige kamer ongeschikt is voor behandeling door één rechter, verwijst zij deze naar een meervoudige kamer. De enkelvoudige kamer kan ook in andere gevallen een zaak naar een meervoudige kamer verwijzen.
3.
Indien een zaak naar het oordeel van de meervoudige kamer geschikt is voor verdere behandeling door één rechter, kan zij deze verwijzen naar een enkelvoudige kamer.
4.
Verwijzing kan geschieden in elke stand van het geding. Een verwezen zaak wordt voortgezet in de stand waarin zij zich bevindt.