NJB 2020/902
Voor het indienen van een aanvraag om planschadevergoeding geldt een verjaringstermijn van vijf jaar. De termijn voor het indienen van de aanvraag vangt aan de dag ná het onherroepelijk worden van het bestemmingplan, zodat de aanvragen tijdig, namelijk op de laatste dag van de termijn, zijn ingediend
ABRvS 18-03-2020, ECLI:NL:RVS:2020:792
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
18 maart 2020
- Magistraten
Mrs. Borman, Verheij, Van Ravels
- Zaaknummer
201905242/1/A2
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Ruimtelijke ordening
Ruimtelijk bestuursrecht / Tegemoetkoming in schade (planschade)
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2020:792, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 18‑03‑2020
- Wetingang
(art. 6.1, vierde lid, Wet ruimtelijke ordening)
Essentie
Voor het indienen van een aanvraag om planschadevergoeding geldt een verjaringstermijn van vijf jaar. De termijn voor het indienen van de aanvraag vangt aan de dag ná het onherroepelijk worden van het bestemmingplan, zodat de aanvragen tijdig, namelijk op de laatste dag van de termijn, zijn ingediend
Partij(en)
Uitspraak op het hoger beroep van: G. en anderen, allen wonend te Zundert, appellanten, tegen de uitspraak van de rechtbank Zeeland‑West‑Brabant van 18 juni 2019 in zaken nrs. 18/8323 en 18/8326 in de gedingen tussen: appellanten en het college van burgemeester en wethouders van Zundert.
Uitspraak
Overwegingen
1.
Deze uitspraak gaat over ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.