Einde inhoudsopgave
Administratief akkoord voor de uitvoering van het Verdrag inzake sociale zekerheid tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van Macedonië
Artikel 9 Verstrekkingen in geval van tijdelijk verblijf in de staat niet zijnde de bevoegde staat
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2007
- Redactionele toelichting
Dit akkoord treedt tegelijk in werking met het Verdrag (17-10-2005, Trb. 2005, 326).
- Bronpublicatie:
17-10-2005, Trb. 2005, 326 (uitgifte: 14-12-2005, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-04-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-03-2007, Trb. 2007, 41 (uitgifte: 01-01-2007, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationale sociale zekerheid / Algemeen
1.
Om verstrekkingen te ontvangen in geval van een tijdelijk verblijf op het grondgebied van de Verdragsluitende Partij niet zijnde de bevoegde staat, legt de in artikel 20, eerste lid, van het Verdrag bedoelde persoon het orgaan van de tijdelijke verblijfplaats een verklaring over die is afgegeven door het bevoegde orgaan, indien mogelijk voordat hij de bevoegde staat verlaat, waaruit blijkt dat hij recht heeft op die verstrekkingen. Deze verklaring vermeldt met name gedurende welk tijdvak verstrekkingen kunnen worden verleend. Indien de betrokkene geen verklaring overlegt, vraagt het orgaan van de tijdelijke verblijfplaats deze aan bij het bevoegde orgaan.
2.
De bepalingen van het voorgaande lid zijn van overeenkomstige toepassing op de gezinsleden van de betrokkene.
3.
De bepalingen van het eerste lid van dit artikel zijn ook van toepassing op de in artikel 18 van het Verdrag bedoelde personen.