Einde inhoudsopgave
Handreiking Administratieve Onteigeningsprocedure
5.2 De vorming van het onteigeningsdossier
Geldend
Geldend vanaf 16-01-2016
- Bronpublicatie:
16-01-2016, Internet 2016, www.rijkswaterstaat.nl (uitgifte: 16-01-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
16-01-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-01-2016, Internet 2016, www.rijkswaterstaat.nl (uitgifte: 16-01-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onteigeningsrecht / Algemeen
Onteigeningsrecht / Onteigening
- ■
De stukken A tot en met G vormen het dossier dat ter inzage gaat. Passen de stukken niet in één map, dan kan men deze over meerdere mappen verdelen.
- ■
De stukken H tot en met J gaan niet ter inzage. Deze stukken in een aparte map (in enkelvoud) met het verzoek aan de Kroon meesturen.
- ■
Liggen de ter onteigening aan te wijzen onroerende zaken in meerdere gemeenten, dan stelt men voor iedere gemeente één dossier met alle bovengenoemde stukken A tot en met G samen. Alle dossiers die ter inzage gaan, bevatten dezelfde stukken.
- ■
Elk dossier voorzien van een omslag/etiket, waarop is aangegeven welk werk in welke gemeente het betreft.
- ■
Elk dossier moet een inhoudsopgave bevatten waaruit blijkt welke stukken zich daarin bevinden (bijvoorbeeld ook onder vermelding van het aantal tekeningen met de nummers).
- •
Als het werk zich uitstrekt over meerdere gemeenten, maar er slechts in één gemeente onroerende zaken ter onteigening aangewezen moeten worden, dan hoeft alleen voor de gemeente waarin onteigend wordt, een dossier met onteigeningsstukken te worden samengesteld.
- ■
Ten behoeve van het verzoek aan de Kroon het dossier dat ter inzage gaat (met de stukken A tot en met G) in tweevoud en het dossier dat niet ter inzage gaat (met de stukken H tot en met J) in enkelvoud aanleveren bij RWS/CD. Deze dossiers aanleveren in grijze archiefmappen en niet in ordners.