Einde inhoudsopgave
Algemene pensioen- en uitkeringswet politieke ambtsdragers
Artikel 122 Herziening, wijziging en herstel
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1994
- Bronpublicatie:
04-06-1992, Stb. 1992, 422 (uitgifte: 01-01-1992, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 22061 Overheid.nl: 22061)
- Inwerkingtreding
01-01-1994
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-12-1993, Stb. 1993, 693 (uitgifte: 01-01-1993, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
Staatsrecht / Bijzondere onderwerpen
Verzekeringsrecht / Pensioenrecht
1.
Onze Minister herziet een door hem genomen beslissing, indien:
- a.
aan die beslissing een feitelijke onjuistheid ten grondslag ligt;
- b.
na die beslissing blijkt dat aan die beslissing andere feiten ten grondslag dienen te worden gelegd.
2.
Indien na een beslissing van Onze Minister de feiten waarmede in die beslissing rekening is gehouden zodanig zijn gewijzigd, dat deze beslissing anders zou luiden als zij nog genomen zou moeten worden, wijzigt Onze Minister de beslissing, rekening houdend met de gewijzigde feiten.
3.
Onze Minister herstelt een door hem genomen beslissing omtrent toekenning — inbegrepen aanpassing overeenkomstig artikel 105 —, herziening, wijziging of betaalbaarstelling van een pensioen, indien daarin een onjuistheid, anders dan bedoeld in de vorige leden, voorkomt.
4.
Indien vijf jaren zijn verstreken na de dagtekening van een overeenkomstig de vorige leden voor herziening, wijziging of herstel vatbare beslissing, kan Onze Minister die leden buiten toepassing laten.