Einde inhoudsopgave
Landsverordening op de Scheepstonnagebelasting 2007 [Nederlandse Antillen]
Artikel 3 [Winstberekening voor tonnageregeling]
Geldend
Geldend vanaf 22-12-2007. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2007
- Redactionele toelichting
De tekst van deze regeling, zoals deze luidde op 01-01-2008, is overgenomen uit Vakstudie Belastingen van de Koninkrijksdelen buiten Europa.
- Bronpublicatie:
17-12-2007, Publicatieblad Nederlandse Antillen 2007, 110 (uitgifte: 21-12-2007, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
22-12-2007, terugwerkend tot: 01-01-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-12-2007, Publicatieblad Nederlandse Antillen 2007, 110 (uitgifte: 21-12-2007, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Belastingen overzeese Koninkrijksdelen / Algemeen
1.
Per belastbaar schip en per netto ton wordt de winst in elk belastingjaar uit het zeescheepvaartbedrijf vastgesteld aan de hand van de hierna vermelde bedragen:
2 gulden tot 10.000 netto ton;
1 gulden en 35 cent voor het meerdere tot 25.000 netto ton;
60 cent voor het meerdere boven 25.000 netto ton.
2.
Per belastbaar schip en, in afwijking van het eerste lid, per 10 netto ton wordt de winst in elk belastingjaar uit het beheer van zeeschepen voor rekening van derden vastgesteld aan de hand van de hierna vermelde bedragen:
2 gulden tot 10.000 netto ton;
1 gulden en 35 cent voor het meerdere tot 25.000 netto ton;
60 cent voor het meerdere boven 25.000 netto ton.
3.
De tonnage welke tot grondslag voor de berekening van de winst dient, wordt naar boven afgerond tot een veelvoud van duizend ton.
4.
Wanneer een schip in de loop van het belastingjaar in het register wordt opgenomen, wordt de winst berekend over het aantal maanden waarin het schip in dat belastingjaar in het register is opgenomen. Gedeelten van een maand worden voor een volle maand gerekend.
5.
Bij uitschrijving van een schip uit het register van belastbare schepen in de loop van een belastingjaar wordt de winst berekend over een vol jaar.
6.
De verschuldigde belasting bedraagt per schip per jaar ten minste 1.000 gulden. In geval van beheer van zeeschepen voor rekening van derden als bedoeld in het tweede lid bedraagt de verschuldigde belasting per jaar ten minste 500 gulden.
7.
Bij landsbesluit houdende algemene maatregelen kunnen de in het eerste lid en tweede lid van dit artikel genoemde bedragen worden gewijzigd, met dien verstande dat een verhoging van die bedragen buiten toepassing blijft voor schepen die op de dag van inwerkingtreding van dat landsbesluit reeds in het register waren opgenomen.