Einde inhoudsopgave
Besluit melding zeggenschap en kapitaalbelang in uitgevende instellingen Wft
Artikel 8 [Melding substantiële deelneming]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2009
- Bronpublicatie:
18-12-2008, Stb. 2008, 581 (uitgifte: 01-01-2008, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-12-2008, Stb. 2008, 582 (uitgifte: 01-01-2008, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Verzekeringsrecht / Algemeen
Bij een melding als bedoeld in artikel 5:43 van de wet verstrekt de meldingsplichtige de volgende gegevens:
- a.
de naam van de meldingsplichtige;
- b.
het adres en de woonplaats van de meldingsplichtige;
- c.
de naam van de desbetreffende aandeelhouder, ook indien deze niet zelf meldingsplichtig is;
- d.
de datum waarop de meldingsplicht is ontstaan;
- e.
de naam van de uitgevende instelling;
- f.
het aantal en de soort aandelen en stemmen in de uitgevende instelling waarover hij beschikte op het tijdstip waarop de meldingsplicht is ontstaan;
- g.
indien hij op het tijdstip waarop de meldingsplicht is ontstaan beschikte over een of meer aandelen met een bijzonder statutair recht inzake de zeggenschap in de uitgevende instelling, en voor zover artikel 5:43, eerste lid, van de wet van toepassing is: het aantal en de soort aandelen, alsmede de aard van het bijzondere recht;
- h.
voor zover artikel 5:45, derde lid, eerste volzin, van de wet van toepassing is: de naam van de desbetreffende dochtermaatschappij. Indien de aandelen en de daaraan verbonden stemmen worden gehouden door middel van een keten van een of meer dochtermaatschappijen vermeldt de meldingsplichtige ook de naam van deze dochtermaatschappij of dochtermaatschappijen;
- i.
indien de melding tevens strekt ter voldoening aan artikel 5:48, vierde lid, eerste volzin, van de wet:
- 1°
de namen van de gelieerde uitgevende instellingen;
- 2°
het aantal en de soort aandelen en stemmen in de gelieerde uitgevende instellingen waarover hij beschikte op het tijdstip waarop de meldingsplicht is ontstaan.