Einde inhoudsopgave
Wetboek van Strafvordering
Artikel 67b [Aanvulling vordering voorlopige hechtenis]
Geldend
Geldend vanaf 01-04-1995
- Bronpublicatie:
21-12-1994, Stb. 1995, 31 (uitgifte: 01-01-1995, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 23178 Overheid.nl: 23178)
- Inwerkingtreding
01-04-1995
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-03-1995, Stb. 1995, 131 (uitgifte: 01-01-1995, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Voorfase
1.
Indien tijdens de ten uitvoerlegging van de voorlopige hechtenis de officier van justitie overgaat tot vervolging of verdere vervolging ter zake van nog een ander feit dan hetwelk in het bevel tot voorlopige hechtenis is omschreven ofwel uitsluitend voor een met het in dat bevel omschreven feit samenhangend feit en voor dit andere feit voorlopige hechtenis kan worden bevolen kan hij bij de vordering tot gevangenhouding of de verlenging daarvan vorderen dat de voorlopige hechtenis mede onderscheidenlijk alleen voor dat andere feit wordt bevolen.
2.
Indien de in het eerste lid bedoelde vordering wordt toegewezen, wordt het andere feit geacht te zijn opgenomen in de omschrijving bedoeld in het tweede lid van artikel 78.
3.
Na betekening van de dagvaarding in eerste aanleg worden geen andere feiten in de omschrijving opgenomen.
4.
De artikelen 77 en 78 zijn van overeenkomstige toepassing.