Einde inhoudsopgave
Arbeidsomstandighedenbesluit
Artikel 9.3 Verplichtingen van de werknemer
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2024
- Bronpublicatie:
19-06-2024, Stb. 2024, 184 (uitgifte: 24-06-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-08-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-06-2024, Stb. 2024, 184 (uitgifte: 24-06-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Verkeer en Waterstaat
Ministerie van Algemene Zaken
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
Ministerie van Justitie
Ministerie van Defensie
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
1.
Indien op grond van het bepaalde bij of krachtens dit besluit persoonlijke beschermingsmiddelen of hulpmiddelen aan de werknemer ter beschikking zijn gesteld, is de werknemer verplicht die persoonlijke beschermingsmiddelen en hulpmiddelen overeenkomstig de daarvoor geldende voorschriften te gebruiken en zindelijk te houden. De vorige volzin is niet van toepassing op de gevallen, bedoeld in artikel 6.8, zevende lid, eerste volzin.
2.
Voorts is de werknemer verplicht tot naleving van de voorschriften en verboden welke zijn opgenomen in de volgende artikelen:
- a.
van hoofdstuk 1: de artikelen 1.5ha en 1.5q, onderdeel a;
- b.
van hoofdstuk 2: artikel 2.42g;
- c.
van hoofdstuk 3: de artikelen 3.5, 3.5g, eerste lid, en 3.5h, tweede, vierde en vijfde lid;
- d.
van hoofdstuk 4: de artikelen 4.1c, eerste lid, onder h, k en l, 4.7, derde lid, onder c en d, 4.8, tweede, vierde en vijfde lid, 4.9 en 4.10, zesde, achtste en negende lid, 4.19, eerste lid, aanhef en onder a, en tweede lid, 4.45, eerste lid, 4.47a, derde lid, 4.47b, eerste en tweede lid, 4.48a, eerste en vierde lid, 4.50, vijfde en zesde lid, 4.51, 4.54d, vijfde, zevende en negende lid, voor zover het certificaten uit het vijfde en zevende lid betreft, 4.58, eerste lid, 4.59, eerste lid, 4.60, eerste lid, 4.61, tweede tot en met vijfde lid, 4.61a, eerste lid, 4.61b, eerste lid, 4.86, derde lid, 4.87a, derde lid, onder d, 4.89, eerste en vierde lid, 4.97, tweede lid, onder d, 4.108 en 4.109, alsmede ten aanzien van arbeid met asbest of asbesthoudende producten, als bedoeld in artikel 4.37, de artikelen 4.19, eerste lid, aanhef en onder a, en 4.20, derde lid;
- e.
van hoofdstuk 6: de artikelen 6.14, 6.14a, vijfde lid, 6.15, eerste lid, onder c, 6.16, eerste tot en met derde lid en vijfde tot en met achtste lid, 6.18, vierde lid, 6.19, eerste lid, 6.20, vierde lid, en 6.29;
- f.
van hoofdstuk 7: de artikelen 7.5, tweede en derde lid, 7.13, zevende lid, 7.17c, tweede, derde, zevende en achtste lid, 7.18, tweede, vierde, zesde tot en met achtste lid, en negende lid, wat betreft de toepassing van de vastgestelde procedures, bedoeld in dit lid, 7.18a, tweede lid, derde lid, tiende lid, wat betreft de toepassing van de vastgestelde procedure, bedoeld in dit lid, en dertiende lid, 7.20, vierde lid, 7.21, tweede lid, 7.23c, eerste lid, onderdeel b, 7.23d, derde, vierde en zevende tot en met elfde lid, 7.24, eerste lid, 7.25, zesde lid, en 7.32.
3.
De in dit artikel genoemde verplichtingen voor werknemers zijn niet van toepassing op leerlingen en studenten in onderwijsinrichtingen.