Einde inhoudsopgave
Wet op het financieel toezicht
Artikel 2:99b [Vergunningeisen]
Geldend
Geldend vanaf 19-10-2021
- Bronpublicatie:
29-09-2021, Stb. 2021, 463 (uitgifte: 12-10-2021, kamerstukken: 35783)
- Inwerkingtreding
19-10-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-10-2021, Stb. 2021, 478 (uitgifte: 18-10-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
De Autoriteit Financiële Markten verleent op aanvraag een vergunning aan een beleggingsonderneming met zetel in een staat die geen lidstaat is die in Nederland uitsluitend beleggingsdiensten verleent aan professionele beleggers als bedoeld in bijlage II, afdeling I, van de richtlijn markten voor financiële instrumenten 2014 of in aanmerking komende tegenpartijen, indien de beleggingsonderneming voldoet aan het bepaalde ingevolge artikel 2:99, eerste lid, eerste volzin, onderdelen a, c, d, e en g tot en met j en l, en zij tevens een persoon met adres in Nederland als haar vertegenwoordiger aanstelt:
- a.
via wie de toezichthouder gegevens en inlichtingen kan uitwisselen met de beleggingsonderneming;
- b.
waaraan rechtsgeldig mededelingen kunnen worden gedaan.
2.
De beleggingsonderneming overlegt op verzoek van de toezichthouder een verslag over de door haar in Nederland verleende beleggingsdiensten.
3.
Artikel 2:99a, tweede, derde en vierde lid, is van overeenkomstige toepassing.
4.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld met betrekking tot:
- a.
de wijze waarop de vertegenwoordiger het bepaalde in het eerste lid, onderdeel a, naleeft; en
- b.
de vorm en inhoud van het verslag, bedoeld in het tweede lid.