JOW 2019/10
(conservatoir) beslag en beklag, toetsing, klaagschrift, slachtofferbeslag, schadevergoedingsmaatregel
HR 19-02-2019, ECLI:NL:HR:2019:249
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 februari 2019
- Magistraten
Mrs. De Hullu, Van de Griend, Röttgering
- Zaaknummer
18/01798
- JCDI
JCDI:ADS180424:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Bijzondere onderwerpen
Materieel strafrecht / Sancties
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:249, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑02‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:160, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑01‑2019
- Wetingang
Art. 94a.3, 552a Sv; art. 36f Sr
Essentie
Toetsingscriteria bij beklag tegen slachtofferbeslag (art. 94a lid 3 Sv).
Samenvatting
De rechter dient bij een klaagschrift tegen een slachtofferbeslag te onderzoeken (i) of er ten tijde van zijn beslissing sprake is van verdenking van of veroordeling wegens een misdrijf waarvoor een geldboete van de vierde categorie kan worden opgelegd en (ii) of zich niet het geval voordoet dat het hoogst onwaarschijnlijk is dat de strafrechter, later oordelend, aan de klager, als verdachte, een schadevergoedingsmaatregel als bedoeld in art. 36f Sr zal opleggen. Het onderzoek in raadkamer naar deze toetsingscriteria draagt een summier karakter. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.