AB 2015/44
Eerlijk proces. Hoogste nationale rechter dient te motiveren waarom hij geen prejudiciële vragen stelt aan het HvJEU, indien daartoe is verzocht. Weigering toelage vanwege nationaliteit disproportioneel.
EHRM 08-04-2014, 17120/09 (Uitspraak), m.nt. T. Barkhuysen en M.L. van Emmerik (Dhabi/Italië)
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
8 april 2014
- Magistraten
I. Karakaş, G. Raimondi, P. Lorenzen, N. Vučinić, H. Keller, P. Lemmens, E. Kūris
- Zaaknummer
17120/09
- Noot
T. Barkhuysen en M.L. van Emmerik
- Roepnaam
Dhabi/Italië
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS919975:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Internationaal belastingrecht / Algemeen
EU-recht / Rechtsbescherming
Internationaal belastingrecht / Discriminatieverbod
Staatsrecht / Nationaliteitsrecht
Bestuursprocesrecht / Algemeen
Europees belastingrecht / Discriminatie
- Brondocumenten
Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 08‑04‑2014
- Wetingang
Essentie
Eerlijk proces. Hoogste nationale rechter dient te motiveren waarom hij geen prejudiciële vragen stelt aan het HvJEU, indien daartoe is verzocht. Weigering toelage vanwege nationaliteit disproportioneel.
Samenvatting
Klager is met zijn vrouw en vier minderjarige kinderen woonachtig en werkzaam in Italië (in welk verband hij ook sociale verzekeringspremies afdraagt), maar had op het moment dat het geschil ontstond de Tunesische nationaliteit. In 2001 vraagt hij een familietoelage aan, die volgens de Italiaanse wetgeving wordt uitgekeerd indien het gezin uit minimaal drie minderjarige kinderen bestaat, het gezamenlijke inkomen beneden een bij de wet bepaalde grens blijft en de aanvrager ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.