Einde inhoudsopgave
Besluit houders van dieren
Artikel 3.32 Aanwijzing van portalen
Geldend
Geldend vanaf 01-11-2021
- Bronpublicatie:
27-08-2021, Stb. 2021, 426 (uitgifte: 15-09-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-11-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-10-2021, Stb. 2021, 477 (uitgifte: 18-10-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
Dierenrecht / Algemeen
1.
Onze Minister wijst de beheerder van een elektronisch portaal aan voor de registratie van honden en houders indien:
- a.
de beheerder van het portaal een onderneming heeft als bedoeld in artikel 5 van de Handelsregisterwet 2007 of een rechtspersoon is in de zin van artikel 54 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, die in een lidstaat van de Europese Unie of van de Europese Economische Ruimte is gevestigd;
- b.
het portaal schriftelijk en digitaal voldoende bereikbaar is voor houders;
- c.
de beheerder van het portaal aantoont dat hij gegevens elektronisch, tijdig en correct kan registeren bij Onze Minister; en
- d.
de beheerder handelt overeenkomstig de wetgeving over de verwerking van persoonsgegevens.
2.
De beheerder van het portaal:
- a.
registreert de gegevens, bedoeld in artikel 3.30 en artikel 2.9, eerste lid, van het Besluit diergeneeskundigen direct bij Onze Minister; en
- b.
wijzigt op verzoek van Onze Minister de wijze waarop gegevens bij Onze Minister worden geregistreerd.
3.
Onze Minister kan de aanwijzing schorsen dan wel intrekken indien de beheerder niet voldoet aan één of meer voorschriften als bedoeld in het eerste en tweede lid.
4.
Met toepassing van artikel 28, eerste lid, van de Dienstenwet is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing op de aanwijzing, bedoeld in het eerste lid.
5.
Aanwijzingen van databanken, verleend op grond van artikel 10 van het Besluit identificatie en registratie van dieren, gelden na de inwerkingtreding van dit artikel als aanwijzingen als bedoeld in het eerste lid.