RvdW 2010, 271
Omvang hoger beroep en strafbepaling cfm art. 423 lid 4 Sv
HR 02-02-2010, ECLI:NL:HR:2010:BK3202
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
2 februari 2010
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, H.A.G. Splinter-van Kan, W.F. Groos
- Zaaknummer
S 08/01158
- Conclusie
A-G Hofstee
- LJN
BK3202
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BK3202, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑02‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BK3202, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑11‑2009
- Wetingang
Svart. 407 lid 2 en 423 lid 4
Essentie
Indien bij samenloop van feiten partieel appel is ingesteld zal het hof — in geval van vernietiging ten aanzien van de sanctieoplegging — op de voet van art. 423 lid 4 Sv voor de niet aan zijn oordeel onderworpen feiten de sanctie moeten ‘bepalen’. Dit betekent dat het hof moet beslissen welk gedeelte van de hoofd- en/of bijkomende straf(fen) en/of maatregel(en) geacht moet(en) worden door de eerste rechter te zijn opgelegd ter zake van het/de feit(en) die/dat niet aan het oordeel van het hof is/zijn onderworpen. Het staat het hof niet vrij daarbij omstandigheden te betrekken die ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.