Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) nr. 515/97 betreffende de wederzijdse bijstand tussen de administratieve autoriteiten van de lidstaten en de samenwerking tussen deze autoriteiten en de Commissie met het oog op de juiste toepassing van de douane- en landbouwvoorschriften
Bijlage Verstrekking van gegevens
Geldend
Geldend vanaf 25-03-1997
- Bronpublicatie:
13-03-1997, PbEG 1997, L 82 (uitgifte: 22-03-1997, regelingnummer: 515/97)
- Inwerkingtreding
25-03-1997
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-03-1997, PbEG 1997, L 82 (uitgifte: 22-03-1997, regelingnummer: 515/97)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
EU-recht / Instituties
Douane (V)
1. Verstrekking aan openbare instanties
Verstrekking van gegevens aan openbare instanties is alleen toegestaan indien in een bepaald geval:
- a)
er een duidelijke wettelijke verplichting of machtiging is of een machtiging van de controleautoriteit, of indien
- b)
deze gegevens voor de ontvanger onontbeerlijk zijn voor de uitoefening van zijn eigenlijke wettige taak en voorzover het doel van de gegevensverzameling of -verwerking door de ontvanger niet onverenigbaar is met het oorspronkelijk beoogde doel en voorzover de wettelijke verplichtingen van de verstrekkende instantie er niet mee in strijd zijn.
Verstrekking is daarnaast bij uitzondering toegestaan indien in een bepaald geval:
- a)
de verstrekking zonder enige twijfel in het belang van de betrokkene is, en indien deze daarvoor toestemming heeft gegeven of de omstandigheden ondubbelzinnig een dergelijke toestemming laten veronderstellen, of indien,
- b)
de verstrekking noodzakelijk is om een ernstig en onmiddellijk gevaar af te wenden.
2. Verstrekking aan particuliere personen
Verstrekking van gegevens aan particuliere personen is alleen toegestaan indien in een bepaald geval er een duidelijke wettelijke verplichting of machtiging is of een machtiging van de controleautoriteit.
Verstrekking van gegevens aan particuliere personen is daarnaast bij uitzondering toegestaan indien in een bepaald geval:
- a)
de verstrekking zonder enige twijfel in het belang van de betrokkene is, en indien deze daarvoor toestemming heeft gegeven of de omstandigheden ondubbelzinnig een dergelijke toestemming laten veronderstellen, of indien,
- b)
de verstrekking noodzakelijk is om een ernstig en onmiddellijk gevaar af te wenden.
3. Internationale verstrekking
Verstrekking van gegevens aan buitenlandse autoriteiten is alleen toegestaan indien:
- a)
er een duidelijk wettelijk voorschrift bestaat dat voortvloeit uit nationaal of internationaal recht,
- b)
bij ontbreken van een voorschrift, de verstrekking noodzakelijk is om een dreigend en onmiddellijk gevaar af te wenden
en voorzover er geen inbreuk wordt gemaakt op de nationale regelgeving betreffende de bescherming van de betrokkene.
4.1. Verzoek om verstrekking
Behoudens specifieke voorschriften van de nationale wetgeving of internationale overeenkomsten, dienen verzoeken om verstrekking informatie te bevatten over de verzoekende instantie of persoon en over het doel en het motief.
4.2. Voorwaarden voor verstrekking
De kwaliteit van de gegevens moet, voorzover mogelijk, uiterlijk vóór de verstrekking worden geverifieerd. Voor zover mogelijk dienen bij verstrekking van gegevens de rechterlijke beslissingen en de beslissingen om niet te vervolgen te worden vermeld en de op persoonlijke meningen of interpretaties berustende gegevens bij de bron te worden geverifieerd voordat ze verstrekt worden; hun graad van betrouwbaarheid of exactheid moet worden aangegeven.
Indien blijkt dat de gegevens niet meer exact en volledig bijgewerkt zijn, mogen ze niet worden verstrekt: als verouderde of onjuiste gegevens zijn verstrekt, moet de verstrekkende instantie voorzover mogelijk alle instanties waaraan de gegevens zijn verstrekt hiervan op de hoogte stellen.
4.3. Waarborg betreffende de verstrekking
De aan andere instanties, particuliere personen of buitenlandse autoriteiten verstrekte gegevens mogen niet voor andere doeleinden worden gebruikt dan de in het verzoek om verstrekking gespecificeerde doeleinden.
Voor gebruik voor andere doeleinden dient de verstrekkende instantie toestemming te geven, onverminderd de in de punten 1 tot en met 4.2 opgenomen bepalingen.