NJ 2018/52
Mensensmokkel: uitleg ‘zich wederrechtelijk verschaffen van toegang’ conform art. 197a Sr.
HR 19-12-2017, ECLI:NL:HR:2017:3195
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 december 2017
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, Y. Buruma, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
16/02491
- Conclusie
A-G mr. W.H. Vellinga
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS124444:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Vreemdelingenrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:3195, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑12‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:1369, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑11‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑12‑2016
- Wetingang
Art. 197a Sr
Essentie
Mensensmokkel: uitleg ‘zich wederrechtelijk verschaffen van toegang’ conform art. 197a Sr. Voor een veroordeling ter zake van art. 197a lid 1 Sr is niet vereist dat de vreemdeling zich met het passeren van de grensbewaking — in de woorden van het middel: ‘de iure’ — toegang heeft verschaft tot Nederland. Blijkens de bewoordingen van de delictsomschrijving is het in het bijzonder van belang dat de behulpzaamheid is voltooid; noch uit die delictsomschrijving noch uit de wetsgeschiedenis volgt dat vereist is dat de vreemdeling zich daadwerkelijk toegang heeft verschaft tot Nederland of een andere staat conform art. 197a ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.