RvdW 2018/270
Wwz. Ontbinding arbeidsovereenkomst op voet art. 7:669 lid 3 onder d BW (ongeschiktheid werknemer). Toepasselijkheid wettelijke bewijsregels. Maatstaf art. 7:669 lid 3 BW; beoordelingsruimte werkgever; betekenis inmiddels vervallen Ontslagbesluit en Besluit beleidsregels ontslagtaak UWV 2012. Appelrechter vrij in bepalen tijdstip waarop arbeidsovereenkomst eindigt.
HR 16-02-2018, ECLI:NL:HR:2018:182
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
16 februari 2018
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, G. Snijders, M.V. Polak, C.E. du Perron, M.J. Kroeze
- Zaaknummer
17/00273
- Conclusie
A-G mr. R.H. de Bock
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:182, Uitspraak, Hoge Raad, 16‑02‑2018
ECLI:NL:PHR:2017:1058, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑10‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑01‑2017
- Wetingang
Art. 7:669, 7:671b, 7:683 BW
Essentie
Wwz. Ontbinding arbeidsovereenkomst op voet art. 7:669 lid 3 onder d BW (ongeschiktheid werknemer). Toepasselijkheid wettelijke bewijsregels. Maatstaf art. 7:669 lid 3 BW; beoordelingsruimte werkgever; betekenis inmiddels vervallen Ontslagbesluit en Besluit beleidsregels ontslagtaak UWV 2012. Appelrechter vrij in bepalen tijdstip waarop arbeidsovereenkomst eindigt.
De wettelijke bewijsregels zijn van overeenkomstige toepassing in procedures strekkende tot ontbinding van een arbeidsovereenkomst. Daarop geldt alleen een uitzondering voor het geval dat de rechter aanleiding ziet om in de ontbindingsprocedure eerder te oordelen dan in de — gelijktijdig aanhangige — ontslagprocedure. Voor bewijs is niet steeds vereist dat de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.