Einde inhoudsopgave
Jeugdwet
Artikel 6.6.1 [Toegang tot vertrouwenspersoon]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
17-05-2023, Stb. 2023, 182 (uitgifte: 07-06-2023, kamerstukken: 35942)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-11-2023, Stb. 2023, 421 (uitgifte: 22-11-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Veiligheid en Justitie
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid kinderen en jongeren / Jeugdzorg
Jeugdbeleid / Algemeen
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
Bijzonder strafrecht / Jeugdstrafrecht
1.
Een jeugdige, diens ouders of pleegouders kunnen in de gesloten accommodatie een beroep doen op een vertrouwenspersoon. De jeugdige heeft vrije toegang tot de vertrouwenspersoon en behoeft geen toestemming van derden om te spreken met de vertrouwenspersoon.
2.
De vertrouwenspersoon is op vaste momenten aanwezig in de gesloten accommodatie voor persoonlijk contact met de jeugdige.
3.
De vertrouwenspersoon heeft, voor zover dat redelijkerwijs voor de vervulling van zijn taak nodig is, vrije toegang tot de jeugdige en behoeft geen toestemming van derden om te spreken met de jeugdige.
4.
De vertrouwenspersoon krijgt van eenieder die bij de uitvoering van de jeugdhulp in de gesloten accommodatie betrokken is, binnen de door hem gestelde termijn, alle medewerking die hij redelijkerwijs kan vorderen bij de uitoefening van zijn taak.
5.
De vertrouwenspersoon heeft tevens tot taak om signalen over tekortkomingen in de uitvoering van gesloten jeugdhulp, voor zover deze afbreuk doen aan de rechten van een jeugdige, aan de ingevolge deze wet met toezicht belaste ambtenaren te melden.