Regeling erkenning tenaamstelling
Artikel 4 Voorschriften beveiliging verbonden aan erkenning
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2014
- Bronpublicatie:
21-11-2013, Stcrt. 2013, 32734 (uitgifte: 13-12-2013, regelingnummer: IENM/BSK-2013/267990)
- Inwerkingtreding
01-01-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-11-2013, Stcrt. 2013, 32734 (uitgifte: 13-12-2013, regelingnummer: IENM/BSK-2013/267990)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Kentekens en kentekenbewijzen
1.
Het erkende bedrijf beschikt over richtlijnen voor medewerkers met betrekking tot het veilig gebruik van applicaties, wachtwoorden, de herkenning en melding van veiligheidsincidenten en de vernietiging van documenten met gevoelige informatie na het afronden van processen.
2.
Het erkende bedrijf houdt een administratie van veiligheidsincidenten.
3.
De gegevens die het erkende bedrijf verwerkt en dan wel waarin het inzage heeft worden uitsluitend gebruikt ten behoeve van de tenaamstelling en de schorsing van voertuigen.
4.
Het erkende bedrijf maakt gebruik van de door de Dienst Wegverkeer goedgekeurde datacommunicatieapparatuur. Bij dit gebruik neemt het bedrijf de door de Dienst Wegverkeer gegeven aanwijzingen in acht. Het bedrijf sluit op een uniforme en door de Dienst Wegverkeer voorgeschreven wijze aan op de ICT infrastructuur van deze Dienst. Het erkende bedrijf voldoet hierbij aan de navolgende eisen:
- a.
Het erkende bedrijf beschikt over een door de Dienst Wegverkeer verstrekt certificaat om een betrouwbare en beveiligde verbinding tot stand te kunnen brengen.
- b.
Het erkende bedrijf zorgt voor unieke identificatie van de medewerkers op de werkplek waar de tenaamstelling of schorsing wordt uitgevoerd. Het vereiste beveiligingsniveau is daarbij minimaal gelijk aan het niveau van een gebruikersnaam-wachtwoord combinatie.
- c.
Bij iedere tenaamstelling of schorsing stuurt het erkende bedrijf informatie aan de Dienst Wegverkeer waaruit de vestiging blijkt waar de tenaamstellingtransactie wordt uitgevoerd (locatieID).