Einde inhoudsopgave
Wet op de internationale bijstandsverlening bij de heffing van belastingen
Artikel 10m
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2023
- Bronpublicatie:
21-12-2022, Stb. 2022, 538 (uitgifte: 27-12-2022, kamerstukken: 36063)
- Inwerkingtreding
01-01-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-12-2022, Stb. 2022, 538 (uitgifte: 27-12-2022, kamerstukken: 36063)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Internationaal belastingrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Inlichtingenuitwisseling en wederzijdse bijstand
1.
Indien de rapporterende platformexploitant, bedoeld in artikel 10l, tweede lid, na twee aanmaningen van Onze Minister niet voldoet aan de rapportageverplichting, bedoeld in artikel 10l, derde tot en met vijfde lid, trekt Onze Minister de registratie, bedoeld in artikel 10l, tweede lid, in.
2.
De intrekking vindt niet eerder plaats dan na het verstrijken van dertig dagen na de tweede aanmaning en niet later dan na het verstrijken van negentig dagen na die aanmaning.
3.
Een rapporterende platformexploitant als bedoeld in bijlage V, deel I, onderdeel A, onder 4, subonderdeel b, van Richtlijn 2011/16/EU ten aanzien van wie de registratie is ingetrokken op grond van een met artikel 8 bis quater, vierde lid, van Richtlijn 2011/16/EU overeenkomende wettelijke bepaling, kan zich enkel in Nederland registreren indien hij aan Onze Minister passende waarborgen verstrekt inzake zijn vaste voornemen om te voldoen aan de rapportageverplichtingen, bedoeld in artikel 10l, derde tot en met vijfde lid.