NJ 1931, p. 865
Merk „Stamboul" voor sigaretten. Plaatsnaam als merk.
HR 02-01-1931, ECLI:NL:HR:1931:246
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
2 januari 1931
- Magistraten
(Mrs. Fentener van Vlissingen, Kosters, van der Dries, van Gelein Vitringa, Kranenburg.)
- Zaaknummer
[021931/NJ_1931,_p._865]
- Conclusie
Mr. Berger
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS103033:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1931:246, Uitspraak, Hoge Raad, 02‑01‑1931
- Wetingang
(Merkenwet 1893 art. 3.)
Essentie
Merk „Stamboul" voor sigaretten. Plaatsnaam als merk.
Samenvatting
Hof: De naam van een stad, als Stamboul, kan op zichzelf niet worden gebruikt als fabrieks- of handelsmerk.
Hooge Raad: ‘s Hofs beslissing steunt uitsluitend hierop, dat de naam van een plaats, aangebracht op waren of op hare verpakking, het publiek in de meening kan brengen, dat daarmede de plaats van herkomst is bedoeld. Op dien grond kan echter niet, geheel in het algemeen, aan plaatsnamen het vermogen worden ontzegd om. ter onderscheiding van iemands waren van die van anderen te dienen of om in een merk tot zoodanige onderscheiding mede ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.