Besluit Nr. E5 betreffende de praktische regelingen voor de overgangsperiode voor de elektronische uitwisseling van gegevens als bedoeld in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 987/2009 (2017/C 233/03)
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 08-08-2017
- Bronpublicatie:
16-03-2017, PbEU 2017, C 233 (uitgifte: 19-07-2017, regelingnummer: E5 (2017/C 233/03))
- Inwerkingtreding
08-08-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-03-2017, PbEU 2017, C 233 (uitgifte: 19-07-2017, regelingnummer: E5 (2017/C 233/03))
- Vakgebied(en)
Informatierecht / ICT
Internationale sociale zekerheid / Algemeen
(Voor de EER en voor de overeenkomst EG/Zwitserland relevante tekst)
Besluit van 16 maart 2017 betreffende de praktische regelingen voor de overgangsperiode voor de elektronische uitwisseling van gegevens als bedoeld in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 987/2009
DE ADMINISTRATIEVE COMMISSIE VOOR DE COÖRDINATIE VAN DE SOCIALEZEKERHEIDSSTELSELS,
Gezien artikel 72, onder a), van Verordening (EG) nr. 883/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels (1), uit hoofde waarvan de Administratieve Commissie verantwoordelijk is voor de behandeling van alle vraagstukken van administratieve of interpretatieve aard die voortvloeien uit de bepalingen van Verordening (EG) nr. 883/2004 en Verordening (EG) nr. 987/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 tot vaststelling van de wijze van toepassing van Verordening (EG) nr. 883/2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels (2),
Gezien artikel 72, onder d), van Verordening (EG) nr. 883/2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels, dat bepaalt dat de Administratieve Commissie tot taak heeft een zo ruim mogelijke toepassing van nieuwe technologieën te bevorderen,
Gezien artikel 4 van Verordening (EG) nr. 987/2009, dat bepaalt dat ‘de gegevensuitwisseling tussen de organen of verbindingsorganen […] langs elektronische weg [geschiedt]’ en dat ‘[d]e Administratieve Commissie […] de structuur, de inhoud en de opmaak van de documenten en de gestructureerde elektronische documenten vast[stelt], alsmede gedetailleerde instructies voor de wijze waarop deze worden uitgewisseld’,
Gezien artikel 95 van Verordening (EG) nr. 987/2009 betreffende de overgangstermijn, dat bepaalt dat ‘[a]an iedere lidstaat […] voor de elektronische uitwisseling van gegevens […] een overgangsperiode [kan] worden toegestaan’ en dat ‘[d]eze overgangstermijnen […] ten hoogste 24 maanden [bedragen] te rekenen vanaf de datum waarop de toepassingsverordening in werking treedt’,
Overwegende hetgeen volgt:
- (1)
Artikel 95 van Verordening (EG) nr. 987/2009 verleent de Administratieve Commissie de bevoegdheid de praktische regelingen vast te stellen voor eventueel noodzakelijke overgangstermijnen, teneinde de noodzakelijke gegevensuitwisseling met het oog op de toepassing van de basisverordening en de toepassingsverordening te waarborgen.
- (2)
Het is noodzakelijk te verduidelijken welke basisbeginselen de organen gedurende de overgangsperiode moeten toepassen.
- (3)
Na de inwerkingtreding van de nieuwe verordeningen waren nog een groot aantal vorderingen in behandeling in gevallen waar het recht ontstond uit hoofde van Verordening (EEG) nr. 1408/71(3); met betrekking tot deze vorderingen zullen bij de uitwisseling van informatie over het algemeen de procedures van Verordening (EEG) nr. 1408/71 en Verordening (EEG) nr. 574/72(4) worden gevolgd, met inbegrip van het gebruik van E-formulieren.
- (4)
Artikel 94, lid 1, van Verordening (EG) nr. 987/2009 bepaalt dat onder de in de voorafgaande overweging bedoelde omstandigheden twee uitkeringen worden vastgesteld, en dat de betrokkene dan het hoogste van die twee bedragen ontvangt.
- (5)
In de praktijk zal echter in vrijwel alle gevallen de toepassing van de nieuwe verordeningen niet tot een hoger uitkeringsbedrag leiden, vergeleken met de uitkering onder de oude verordeningen. Daarom is het niet realistisch om van organen onder die omstandigheden te verlangen dat ze dubbele procedures volgen uit hoofde van Verordening (EEG) nr. 574/72 en Verordening (EG) nr. 987/2009.
- (6)
Punt 5 van Besluit nr. H1 verduidelijkt de status van certificaten (E-formulieren) en van de Europese ziekteverzekeringskaart (en de vervangende voorlopige verzekeringsbewijzen) die zijn afgegeven vóór de inwerkingtreding van Verordening (EG) nr. 883/2004 en Verordening (EG) nr. 987/2009.
- (7)
In de overgangsperiode zijn de lidstaten vrij te beslissen wanneer ze klaar zijn om, in één keer dan wel per Business Use Case (BUC), tot de elektronische uitwisseling van gegevens betreffende socialezekerheid (EESSI) toe te treden; tegelijkertijd moeten ze er echter naar streven de implementatieplanning van EESSI binnen de lidstaten alsook de uitrol van BUC's waarin met elektronische uitwisseling wordt gestart, te volgen zoals aanbevolen door de Administratieve Commissie.
Handelend overeenkomstig artikel 71, lid 2, van Verordening (EG) nr. 883/2004,
BESLUIT:
Voetnoten
PB L 166 van 30.4.2004, blz. 1.
PB L 284 van 30.10.2009, blz. 1.
Verordening (EEG) nr. 1408/71 van de Raad van 14 juni 1971 betreffende de toepassing van de sociale zekerheidsregelingen op loontrekkenden en hun gezinnen, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen (PB L 149 van 5.7.1971, blz. 2).
Verordening (EEG) nr. 574/72 van de Raad van 21 maart 1972 tot vaststelling van de wijze van toepassing van Verordening (EEG) nr. 1408/71, betreffende de toepassing van de sociale zekerheidsregelingen op loontrekkenden en hun gezinnen, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen (PB L 74 van 27.3.1972, blz. 1).