Einde inhoudsopgave
Kernenergiewet
Artikel 43
Geldend
Geldend vanaf 23-02-1994
- Redactionele toelichting
Het afdelingsopschrift is ingevoegd.
- Bronpublicatie:
04-02-1994, Stb. 1994, 95 (uitgifte: 01-01-1994, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 23053 Overheid.nl: 23053)
- Inwerkingtreding
23-02-1994
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-02-1994, Stb. 1994, 95 (uitgifte: 01-01-1994, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 23053Overheid.nl: 23053)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Ministerie van Justitie
- Vakgebied(en)
Energierecht (V)
1.
Onze Minister en Onze Minister wie het aangaat, dragen er zorg voor dat de Nederlandse bevolking op passende wijze informatie wordt verstrekt over mogelijke ongevallen met een categorie A-object, de maatregelen ter voorkoming en bestrijding daarvan, daaronder begrepen maatregelen ter bescherming van de gezondheid, en de bij deze ongevallen te volgen gedragslijn.
2.
De in het eerste lid bedoelde informatie heeft in ieder geval betrekking op:
- a.
gegevens inhoudende basiskennis over radioactiviteit en de gevolgen daarvan op mens en milieu;
- b.
de gevaren en de gevolgen van een ongeval;
- c.
de wijze waarop de bevolking bij een ongeval wordt gewaarschuwd, op de hoogte gehouden en beschermd;
- d.
de wijze waarop de bevolking dreigend gevaar kan herkennen;
- e.
de door de bevolking te volgen gedragslijn en de maatregelen die zij bij een ongeval dient te treffen om de schadelijke gevolgen daarvan zoveel mogelijk te beperken.
3.
De verschaffing van de informatie, bedoeld in het tweede lid, onder c, d en e, geschiedt ten minste één maal per jaar en daarnaast wanneer in de beschreven maatregelen significante wijzigingen worden aangebracht. Voor zover nodig wordt de te verstrekken informatie dan bijgewerkt.
4.
De verschaffing van de informatie, bedoeld in het tweede lid, onder a en b, geschiedt ten minste één maal per vijf jaar en daarnaast wanneer in de beschreven maatregelen significante wijzigingen worden aangebracht. Voor zover nodig wordt de te verstrekken informatie dan bijgewerkt.
5.
Onze Minister en Onze Minister wie het aangaat verschaffen de informatie, bedoeld in het vierde lid, eerder en werken deze eerder bij, indien naar hun oordeel ontwikkelingen in de kennis over de veiligheid, over de beoordeling van risico's of over een doelmatige ongevallenbestrijding hiertoe nopen.